Bij het op 1 Januari j,l, in werking getreden nieuwe verkeersrecht komt de bevoegdheid tot het nemen van verkeersmaatregelen,zoals hierboven aangegeven, wat de gemeenten betreftvoortaan toe aan de gemeenteraad of krachtens diens besluit aan Burgemeester en Wethouders. Gezien de omstandigheid,dat de eisen van het verkeer vaak vrij snel kun nen wisselen is het doorgaans nodig,dat verkeersmaatregelen onmiddellijk kunnen worden genomen,Om redenen van practische aard komt het ons dan ook wenselijk voor,dat door Uw Raad aan ons College machtiging tot het nemen van verkeers maatregelen wordt verleend (artikel 5 W.V.R.Hiermede wordt in feite geen ver andering gebracht in de bestaande toestand, In verband met het vorenstaande mogen wij Uw Raad voorstellen te beslui ten de bevoegdheid tot het nemen,wijzigen of intrekken van maatregelen als be doeld in artikel 4 van het Wegenverkeersreglement aan ons College over te dra gen, een en ander conform het hieraangehechte ontwerp-besluit Be verordenende bevoegdheid van de gemeenteraad ex artikel 6 der Wegen verkeerswet tot het stellen van regelen nopens het verkeer,waaromtrent deze wet,het Wegenverkeersreglement of provinciale voorschriften niet voorzien, wordt do~>r bovenbedoeld besluit niet aangetast. Burgemeester en Wethouders van Breda Claudius Prinsen Burgemeester, van Woensel Secretaris,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 135