GEMEENTE BREDA
v/20524
no,458
30 November 1951
Antwoord van Burgemeester en Wethouders
op het Centraal Bapport van het afdelingson
de rzoek der gemeente-begroting voor hot dienst
jaar 1952,
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Algemene beschouwingen.
De tot ons College gerichte woorden van erkentelijkheid voor de ont
plooide activiteit en de woorden van dank aan het adres van h«t gemoentepor-
soneel stemmen ons tot grote voldoening.
Aangezien met betrekking tot de verhoging der gas-en electriciteits-
tarieven in verband met de kolenprijsverhoging nog geen beslissing is geno
men,achten wij het niet gewenst hierop thans reeds vooruit te lopen,Wij ver
trouwen,dat het rapport van de ingestelde raadscommissie tot onderzoek van de
positie der grote gezinnen nieuwe gezichtspunten opent,waarmede bij de ta
rief spolitiek in het algemeen rekening loan worden gehouden.
Het efficiency-onderzoek,dat wij ons hadden voorgesteld in samenwerking
met een aantal andere gemeenten en op initiatief der vereniging van Neder
landse Gemeenten,is niet tot uitvoering gekomen,Thans heeft ons College
het initiatief genomen om met andere gemeenten in Noord-Brabant te trac! ten
tot een dergelijk onderzoek te komen.Wat overigens de moderne administratie-
en inrichtingsmethoden betreft,deze worden geleidelijk ingevoerd.De moderne
bedrijfsadministratie is reeds in gebruik bij het slachthuisbedrijf en de
dienst van beplantingen,terwijl de invoering hiervan bij do dienst van
openbare werken aanstaande is,Daarnaast worden in de financiële administra
tie ter secretarie en ten kantore van de gemeente-ontvarger de moderne
methoden geleide lijkaan ingevoerd.Deze administraties staan op zodanig peil,
lat zij de vergelijking met andere gemeenten ten volle kunnen doorstaan.
De aantrekking van kasmiddelen door het uitschrijven vaneen premie lo
ning had reeds geruime tijd vóéi* dat Amsterdam met een dergelijke lening
kwam,onze aandacht.Enige tijd geleden is door die gemeente een premielening
uitgeschreven,welke geslaagd is.Doch men moet wel begrijpen,dat voor een
dergelijke lening de medewerking van een bankconsortium nodig is;en wij
zijn er niet in geslaagd een dergelijke medewerking te verkrijgen,evenmin
blijkbaar als andere gemeenten,met uitzondering dan van de gemeente Amster
dam.
Dat de z.g.investeringscommissie geen wettelijke grondslag heeft,achten
ook wij niet juist,doch dat doet niets af aan het feit,dat met de kapitaals
investeringen hiermede rekening moet worden gehouden.
Aangezien er bij de Pager in;- allerwege op aangedrongen wordt om het
aantal te bouwen woningen te verhogen,spreken wij de hoop uit,dat ook öc