- 18 - Het verdient a,lleszins aanbeveling ock bij bebouwing van oen nieuwe wijk voor supervisie zorg te dragen. De supervisor kan echter nimmer de taak van de architect overnemen en het is mitsdien evenzeer nodig dat hoge eisen pan de capaciteiten der archi tecten worden gesteld.Wil men verzekerd zijn van een harmonisch geheel, dar; is het bovendien noodzakelijk dat de architect de geest van het stedebouwkun» dig aspect vpn het uitbreidingsplan aanvoelt. De keuze van de architect moet dus mede bepaald werden deerde aard van het uitbreidingsplan. Sedert 1948 wordt het orfe/erpen van geme.' ntewrningen in het algemeen op gedragen aan particuliere architecten. Van de sedertdien gebouwde en nog in uitvoering zijnde woningen is circ^ 87% door particuliere architecten ontwor pen en slechts 13% dcor de dienst van openbare werken. Dat de ontwerpen van deze gemeentelijke dienst zouden achterstaan bij de ontwerpen van de overgrote meerderheid der particuliere architecten menen wij te moeten ontkennen.Eveneens lijkt ons de stelling onjuist dat het ont?;erpen van woningen niet tot de taak van de overheid zou behoren.De rede nen waarom in het algemeen de voorkeur wordt gegeven p.an opdrachten aan particuliere architecten zijn: le. dat men daarmede de keus heeft uit de allerbeste bouwmeesters uit het gehele land; 2e dat men door het kiezen van architecten van verschillende architectoni sche inzichten een rijkere variatie in de woonwijken, verkrijgt dan door één architect van één dienst gegeven kan worden. Het eerste argument verliest zijn waarde wanneer men bij de keuze buiten het architectonisch kunnen va.n de architect ook neg andere motieven laat gelden.Het tweede argument wordt bij een bescheiden aandeel van de ge meentelijke dienst zeker niet in gevaar gebracht. Het moet uitgesloten worden geacht dat een aannemer reeds een rijksgoed- keuringsbewijs in handen had vóór dat hem een bouwvergunning was verleend, omdat de rijksgoedkeuringen eerst worden afgegeven,nadat de gemeentelijke bouwvergunning is uitgereikt. Uitgave. Volgno. 236. Ten aanzien van de slechte woningtoestanden moge verwezen werden naar hetgeen hiervoor werd medegedeeld. Voor het overige is de beantwoording van deze vraag volledig terug te vinden in de toelichting cp deze post. Vol Tio. 238. Het bouw- en woningtoezicht is een afdeling vp.n de dienst van openbare werken en heeft tot taak toe te zien dat gebouwd wordt in overeenstemming met de terzalce geldende verordeningen en voorschriften. Het welstandstoezicht is bij Ir.A.K de Rcuville de Meux in goede handen. Uit de aard der zaak treedt de supervisor nimmer in de plaats van de archi tect en kan door hem slechts het ontoelaatbare worden geweerd De gestelde voorbeelden betreffen hoofdznkelijk geen architectonische doch stedebouw— kundige a.specten.De stedebouwkundige vormgeving kan alleen verzekerd worden en is ook verzekerd door de voorschriften,vastgelegd in de betrekkelijke uitbreidingsplannen. Volgno.234, Een dergelijke wijziging moet dbor het bestuur van de betrokken bouw verenigingen worden voorgebracht bij de betreffende autoriteiten. Volgno.262. Verhoging van de vastgestelde tegemoetkoming bij vrijwillige verhuizing wordt door ons in overweging genomen.Er zou een soortgelijke regeling kunnen - worden -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 1627