wonen het maximum schoolgeld, per leerling verschuldigd,tenzij aan de in artine 12 genoemde ambtenaar aannemelijk wcrdt gemaakt,dat de heffing naar een lagere schoolgeldmaatstaf zou zijn geschied,indien de schoolgeldplichtige binnen het Rijk woonde. Artikel S. Het cursusjaar loopt' over twaalf maanden. Het schoolgeld is verschuldigd over de maanden gedurende welke de leerlingen op school staan ingeschreven.Gedeelten van een maand worden voor een genele gerc.:.eiia. Voor zover niet anders omschreven,wordt in deze verordening onder"maand" ver staan een cursusmaanade eerste cursusmaand vangt aan op de eerste dag van heu cursusjaar,en z» vervolgens. Artikel 9. Ontheffing van schoolgeld wordt verleend: 1. Bij tverlijden of bij tussentijds verlaten van de school,over zoveel maanden als er nog in het cursusjaar overblijven,tenzij over de maand waarin de leer ling de school verlaatschoolgeld voor een andere school verschuldigd wordt in welk geval mede over deze maand ontheffing wordt verleend; 2. Indien de leerling wegens ziekte de school gedurende langer dan drie maanden achtereen niet heeft kunnen bezoeken,over zoveel maanden als de sfchool niet is bezocht; 3. Indien de leerling wegens het sluiten der school haar gedurende langer dan een maand achtereen niet heeft kunnen bezoeken,zonder dat op andere wijze in het geven van onderwijs is voorzien,over zoveel maanden als de school geslo ten is geweest. Artikel 10. 1. In gevallen van bijzondere hardheid kan gehele of gedeeltelijke ontheffing van de aanslag warden verleend.De in a.rt.12 dezer verordening genoemde ambtenaar is bevoegd voor bepaalde gevallen tegemoet te komen aan onbillijkheden van overwegende aard,welke zich bij de toepassing van dit besluit mochten voor doen. 2. De gehele of gedeeltelijke ontheffing in het vorige lid bedoeld,wordt slechts verleend,mits aanleg,gedrag en vorderingen van de leerling bevredigend zijn en niet anders dan voor het lopende cursusjaar. Artikel 11. Bezwaren tegen de aanslag en verzoeken om algehele of gedeeltelijke onthef fing van schoolgeld,bedoeld in art.9,sub 1 en 2,en art.10,sub.1.moeten schrifte lijk worden ingediend,uiterlijk binnen twee kalendermaanden na de dagtekening van het aanslagbiljet,tij de in art,12 dezer verordening genoemde ambtenaar, dcor wie overlegging van de hem nodige voorkomende bewijsstukken kan worden ver langd. In bijzondere gevallen kan van deze termijn ?/orden afgeweken,ter beoordeling van deze ambtenaar. Artikel 12. Overeenkomstig het bepaalde in art,301der G-emeentewet treedt voor de toepassing van de artikelen 297>299 en 300 dier wet in de plaats van de Raad,van Burgemeester e Wethouders of van de Burgemeester,de Chef der afdeling Financiën,Onderwijs en Belast gen ter gemeente-secretarie,ofbij diens afwezigheid,zijn plaatsvervanger. Artikel 13. 1. Indien blijkt,dat een aanslag ten onrechte is achterwege gebleven of ten onrechte is verlaagd of vernietigd,of dat een te lage aanslag is opgelegd, wordt het niet of te weinig geheven schoolgeld van de schoolgeldplichtige of zijn erfgenamen,nagevorderd,zolang niet sedert dc aanvang van het cursus jaar,waarvoor het schoolgeld verschuldigd is,drie jaren zijn verstreken. 2. Onjuist gebleken aanslagen worden ambtshalve verminderd of vernietigd. Artikel 14. 1. Jaarlijks binnen veertien dagen na de aanvang van het cursusjaar zendt de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 1677