do Directeur der Ambachtsschool aan de Chef der afdeling Financiën,Onderwijs
en Belastingen ter gemeente-secretarie alphabetische lijsten der namen en
voornamen van de ouders,voogden of verzorgers,met vermelding daarbij van
hun woonplaats,"benevens van de voornamen,geboortedata en voor zoveel nodig
van de namen der leerlingen en hun woonplaats.
2. Op de eerste '-erkdag van iedere kalendermaand zendt dc Directeur,zonodig ge
lijke- opgave betreffende de leerlingen die in de afgelopen kalendermaand tot
de school zijn toegelaten of de school hebben verlaten.Is geen opgave tv,
doen daryïzendt hij een negatief bericht.
Artikel 15.
De invordering van het schoolgeld geschiedt door of namens de gemeente-«nt-
vanger.
Artikel 16.
1. Van het schoolgeld worden voor elk cursusjaar zo spoedig mogelijk kohieren
opgemaakt en vastgesteld.
2. De gemeente-ontvanger draagt zorg,dat de gedagtekende aanslagbiljetten van
elk kohier binnen dertig dagen,nadat dit hem ter inning is toegezonden,wor
den uitgereikt.
3. Op de invordering d»or de gemeente~ontvanger zijn van toepassing de artike
len 291-295 der Gemeentewet.
4. Aan hen,voor wie het schoolgeld niet binnen de bepaalde tijd is betaald,kan
door Burgemeester en Wethouders de toegang tot de school worden ontzegd.
Artikel 17.
Het schoolgeld moet worden voldaan in 5 gelijke termijnen,waarvan de eerste
vervalt op de laatste dag van de kalendermaand,volgende op die,'.'elke in de dag
tekening van het aanslagbiljet is vermeld,de tweede aan het eind van de volgende
kalendermaanden zo vervolgens.
Het schoolgeld is dadelijk en ineens invorderbaar,wanneer de schoolgeldplichti-
ge in staat van faillissement is verklaard of op zijn roerende of onroerende
goederen executoriaal beslag is gelegd.
Artikel lo.
1. De betaling geschiedt tegen kwijting ten kantoor van de gemeente-ontvanger
of door storting op de postrekening: der gemeente.
Indien het aanslagbiljet in het ongerede mocht zijn geraaktwordt een dupli
caat daarvan tegen betaling van 10 cent aan de schoolgeldplichtige uitgereikt.
2. De afschrijving geschiedt in de volgende orde:
a) op de kosten van vervolging;
b) op de langst vervallen termijn van het schoolgeld.
Artikel 19.
Binnen drie kalendermaanden na het vervallen van het schoolgeld zendt de
gemeente-ontvanger aan Burgemeester en Wethouders een staat met toelichting van
de posten op het kohier,welke hij niet heeft kunnen invorderen.De gemeenteraad
besluit tot niet invorderbaarverklaring van die posten welke hij daarvoor vatbaa:
acht
Dit besluit ontheft de gemeente-ontvanger van verdere pogingen tot invordering.
Artikel 20.
Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 September
1950.
Aldus vastgesteld door de Baad der gemeente
Breda in zijn openbare vergadering van
voorzitter1
secrete, ris