Indien een gemeentebestuur,na nauwgezette overweging van alle factoren,meent tot
uitvoering van een bepaald project te moeten besluiten,vraagt het daaromtrent
vooraf het oordeel van het betrokken college van Gedeputeerde Staten.Indien
Gedeputeerde Staten menen,dat tegen uitvoering van dit plan geen bezwaar be
staat,brengen zij het (ingeval daarmede een uitgaaf van meer dan 100.000,
is gemoeid) ter kennis van de Investeringscommissie,Het college van Gedepu
teerde S-taten en ^et gemeentebestuur zullen in de gelegenheid worden gesteld zo
nodig aan de vergadering van de commissie (of subcommissie)waarin dit plan
wordt behandeld,deel te nemen.Het overleg kan er toe leiden,dat zowel het ge
meentebestuur als Gedeputeerde Staten tot de conclusie komen,dat het plan voors
hands niet moet worden uitgevoerd,in welk geval geen besluit zal worden geno
men en de zaak dus is afgedaan,Blijft het gemeentebestuur,al dan niet met in
stemming van de Investeringscommissie bij zijn plan,dan nemen Gedeputeerde
Staten hun beslissing omtrent de goedkeuring,waarbij zij uiteraard vrij zijn
het advies van de commissie al dan niet te volgen.
Nader wordt overlegd op welke wijze het mogelijk zal zijn de beslissing
omtrent plannen op het gebied van de bouwnijverheid,bedoeld in de op grond
van artikel 17 der Wederopbouwwet gegeven voorschriften,met de aan de inves
teringscommissie op te dragen beoordeling te doen samenvallen.
Wellicht ten overvloede wordt nog opgemerkt,dat de Investeringscommissie
de Gemeentebesturen op hun verzoek,ook los van de geschetste regeling,vanzelf
sprekend gaarne van voorlichting zal dienen,
4.Deviezenbesteding.
Een puntwaarvoor nog gaarne afzonderlijk Uw aandacht wordt gevraagd is
het vraagstuk van de deviezenbesteding,waarbij een der belangrijkste factoren,
het sluitend maken van de betalingsbalansis betrokken.
Be Ministers menen te mogen aannemen,dat de gemeentebesturen de goederen,welke
zij nodig hebben,zoveel mogelijk uit de binnenlandse productie zullen betrek
ken en,indien dit in enig geval niet raadzaam wordt geacht,ook daaromtrent het
advies van de investeringscommissie zullen inwinnen,
5.Publicatie van investeringsplannen.
Het heeft de aandacht getrokken,dat in de pers herhaaldelijk berichten
verschijnen omtrent plannen van gemeentebesturen,waarmede dikwijls belang
rijke kapitaalsinvesteringen gemoeid zullen zijn,terwijl deze plannen nog in
een stadium van onderzoek en voorbereiding verkeren,D or dergelijke publica
ties ontstaat het gevaar,dat bij de bevolking een verkeerde indruk post vat en
de algemene toestand als minder ernstig wordt beschouwd dan hij in werkelijk
heid is,Wij dringen er daarom op aan,dat openbare aankondiging van de bedoelde
plannen achterwege wordt gelaten,of daarbij althans duidelijk tot uitdrukking
wordt gebracht,dat omtrent de uitvoering daarvan nog niets vaststaat en deze
mogelijk eerst in een vrij verre toekomst zal kunnen plaats hebben.
De Ministers van Binnenlandse Zaken en van Financiën zijn van oordeel,
dat op de bovengeschetste wijze een zodanige coördinatie van het beleid kan
worden bereikt,dat een wettelijke regeling voorshands achterwege kan blijven.
Wij zijn het daarmede eens en vertrouwen dat U zult medewerken om het gestelde
doel in vrijwillige samenwerking te bereiken.
DE GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-BRABANT
J.DE QUAYVoorzitter,
VAN R00IJ,Griffier.
