Bij volgno.33 der agenda.
Artikel 2,
1. Dit besluit is van toepassing op hen,die in gemeentedienst zijn:
a)als ambtenaar in tijdelijke dienst,op wie het Ambtenarenreglementgem,bl.
no,856,van toepassing is,
b)als voorlopig aangesteld werkman,als bedoeld in het Werkliedenreglement
1934,
voor.zover zij geen aanspraak op wachtgeld kunnen ontlenen aan de verorde
ning,bedoeld in artikel 98 van genoemd Ambtenarenreglement,onderscheidenlijk
artikel 64 van genoemd Werkliedenreglement,
c)krachtens arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht,overeenkomstig het
bepaalde in hoofdstuk XII van het ambtenarenreglement,gemeenteblad no.856,
voorzover hun lo^n is vastgesteld:
1.volgens de salarisregeling,geldend voor overeenkomstig personeel in ambte
lijk dienstverband;
2.op een bedrag,gelijk aan of boven het minimum van de salarisschaal van
overeenkomstig personeel in ambtelijke dienst;
d)als los werkman,als bedoeld in het werkliedenreglement 1934,
2. Burgemeester en Wethouders kunnen deze verordening geheel of gedeeltelijk
van overeenkomstige toepassing verklaren op personen,die krachtens arbeids
overeenkomst naar burgerlijk recht werkzaam zijn en niet vallen onder het
bepaalde in het eerste lid onder c of d.
Artikel 3.
Aan een belanghebbende,die met ingang van of na de datum van inwerking
treding dezer verordening eervol ontslag wordt verleend wegens opheffing van
zijn dienstbetrekking,wegens verandering in de inrichting van de dienst,v^aan-
bij hij werkzaam is,of in het algemeen wegens inkrimping van werkzaamheden,
wordt met ingang van het ontslag-voorzover hij alsdan niet in de termen.valt
pensioen,uitgezonderd rervroegd ouderdomspensioen,bedoeld in artikel 48,eerste
lid,der Pensioenwet 1922(staatsblad nr,240)te genieten-een uitkering toege
kend op de voet van de bepalingen van deze verordening.
Artikel 4.
1.Een belanghebbende heeft slechts aanspraak op de uitkering,indien hij op
de dag van ingang van het ontslag een diensttijd van tenminste drie jaar
heeft.
2.Een belanghebbende heeft geen aanspraak op de uitkering;
a,indien de betrekking,waaruit hem ontslag wordt verleend,naar het oordeel
van Burgemeester en Wethouders moet woi^en beschouwd als ebn nevenbetrekking;
b,indien hij niet binnen veertien dagen na de dag van ingang van zijn ont
slag aan het gemeentebestuur inzendt een verklaring van het gewestelijk
arbeidsbureau of bijkantoor,waaronder zl jn woon-of standplaats ressor
teert,uit welke verklaring blijkt,dat hij als werkzoekende is ingeschreven.