- 9
Bij volgno.4 der agenda.
Artikel 2.
De in artikel 1 genoemde leges worden niet geheven voor
a» de stukken door onvermogenden in hun persoonlijk belang benodigd,
mits deze van hun onvermogen doen blijken door een verklaring van
het bestuur hunner woonplaats
b. de stukken, welke ambtshalve ter voldoening aan wettelijke of
administratieve voorschriften moeten worden afgegeven en voor
zover zij in artikel 1 niet genoemd zijn j
c. de attestatiën de vita tot ontvangst van pensioen ten laste van
de staat,provincies,gemeenten, waterschappen,veenschappen en veen-
polders
d. stukken of nasporingen, welke worden afgegeven of gedaan ten be
hoeve van instellingen of verenigingen, die armenzorg of het
uitoefenen van liefdadigheid ten doel hebben, een en ander ter
beoordeling van Burgemeester en Wethouders
Artikel 3.
De in artikel 1 vermelde leges zijn verschuldigd,onverminderd de
zegel- en registratierechten,waaraande stukken onderhevig zijn.
Artikel 4.
De belasting is verschuldigd door hen, aan wie de afgifte der stuk
ken geschiedt of te wier behoeve de omschreven diensten worden ver
richt.
Artikel 5.
De in artikel 1 vermelde leges worden ingevorderd door de ambtenaren,
daartoe door Burgemeester en Wethouders aangewezen
Artikel 6
De betaling der legesgelden geschiedt bij vooruitbetaling in handen
der ambtenaren, bedoeld in artikel 5. Zij zijn bevoegd, alvorens met
de werkzaamheden wordt begonnen, tegen afgifte ener voorlopige kwi
tantie een waarborgsom te vragen, waarvan het bedrag bij de afgifte
der stukken ,of na de verrichting der diensten, wordt verrekend met
de verschuldigde legesgelden.
Artikel 7,
Het bedrag der ontvangen leges wordt door de ambtenaar,met de ont
vangst belast, op het stuk zelf aangeduid door opplakking van leges
zegels. Voor de ontvangen gelden wegens nasporingen in de registers
van bevolking, de registers van de burgerlijke stand, in het archief
en de kadastrale stukken wordt door de ambtenaar, die de nasporingen