±btbjoXog I Bij volgno»43 der agenda» 2 - 1,of de bestaande overeenkomst van 1937 na 1 Mei 1952 nog moest worden bestendigd indien de wens daartoe door niet aan de maatschap deelnemende gasinstallateurs zou warden geuit;de meerderheid der gascommissie achtte het onbillijk tegenover de grote groep van gasinstallateurs,die niet bij de maatschap is aargesloten de mogelijkheid tot samenwerking met de gemeente te ontnemen,; 2,of de gemeente toezicht diende te blijven behouden op de door gasinstallateurs in rekening te brengen prijzen voor am leg of wijziging van binnenleidingen; 3*de bepaling van de huurprijs van geijsers; 4,de zekerheid,welke door de georganiseerde gasinstallateurs kon worden gegeven, dat voldoende verkoop-activiteit zou worden ontwikkeld, indien de gemeente zich van de levering van gastoestellen zou gaan onthouden zulks in verband met het betrekkelijk kleine werkkapitaal,dat de maatschap ter beschikking staat; 5«de garantie,welke aan huurders gegeven kon worden voor de nakoming der door de 0 maatschap aan te gane verplichtingen indien de maatschap zou worden opgeheven; 6.de bepaling van het maatschapscontract inhoudende ,dat de maatschap blijft be- baow gnxra staan ook als er nog slechts enkele leden zijn,welke bepaling naar het gevoelen van de meerderheid der leden der gascommissie het gevaar van monopolievorming door een beperkt aantal belanghebbenden inhoudt. Een bevredigende regeling der voormelde kwesties was naar onze mening nood zakelijk om tot beëindiging der levering van ga„s toes tellen door de gemeente over te gaan Nu het bestuur van de meergenoemde patroonsbond geen voldoende zekerheid kon geven,dat aan de door de gemeente tot uiting gebrachte verlangens zou worden vol daan,menen wij,dat deze beëindiging niet kan plaats hebben en stellen U daarom voor op Uw besluit van 13 Juni 1951 terug te komen en de verkoop,verhuur en huur- koop van gastoestellen door het gemeentelijk gasbedrijfop de wijze zoals dit tot nu toe geschiedde,te handhaven. De gascommissie heeft zich in meerderheid met dit voorstel aucoord verklaard» Mocht Uwe Raad ook nu niet met ons voorstel accoord kunnen gaan en tot stop zetting van de levering van gastoestellen door de gemeente willen besluiten,dan stellen wij U voor de navolgende voorwaarden te stellen en deze in een met de meer genoemde maatschap aan te gane overeenkomst,waarvan een concept op de leeskamer is ter visie gelegd,vast te leggen: 1.de overeenkomst met gasinstallateurs van 1937 zal door de gemeente worden beëin digd op 1 Mei 1952 tot welke datum zij aan de overeenkomst gebonden is,tenzij alle overige betrokkenen blijk zouden geven niet langer prijs te stellen op voortzetting; 2,de eventueel op de dag van beëindiging der overeenkomst 1937 bij de gasfabriek nog aanwezige voorraad van na 1 Januari 1945 aangekochte gastoestellen wordt, behoudens een door Burgemeester en Wethouders te bepalen hoeveelheid gasgeijsers,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 981