GEMEENTE BREDA No. 6 9 Januari 1952 l/l5647 Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vast stelling van een partieel plan van uitbreiding (plan in hoofdzaken) "Bosimeer 1951" en prae-advi^s op de tegen dit plan ingediende bezwaarschriften. AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. Sinds 1951 geldt voor het gedeelte van de gemo mte, dat bekend staat onder de naam "Boeimeer" het partieel uitbreidingsplan' in onderdelen "Boeimeer1", vast gesteld door de Raad der gemeente Breda d.d. 14 Januari 1941, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord - Brabant bij besluit van 11 Juni 1941,G,nr.416, nadien meermalen gewijzigd Dit plan voldoet niet meer aan de huidige stedebouwkundige eisen en dient bovendien nog te worden cngepast aan de plannen, die voor enkele delen van dit gebied bestaan. Een nieuw plan voor dit gebied is daarom geconcipieerd,waarbij er rekening mede is gehouden, dat stedebouwkundige inzichten aan een snelle entwikkeling onderhevig zijn en de behoeften zich bovendien herhaaldelijk wijzi gen. Dientengevolge is voor grote gedeelten volstaan met het loggen van een bestemmi.ig m hoofdzaken in het nieuwe plan, welke bestemmingen bij gebleken behoefte te zijner tijd nader kunnen worden gedetailleerd. Voor het gehele Noord-Oostelijk gedeelte van de Booimoer bestaat thans reeds wel behoefte aan een plan in onderdelen, welk plan U in deze vergadering- eveneens wordt aange boden. Het ontwerpplan heeft gedurende de voorgeschreven wettelijke termijn ter gemeente-secretarie tor visie gelegen. Gedurende deze termijn zijn be zwaarschriften tegen dit pl .n ingediend door M. Gruenwald en A.C.Sweep, ten aanzien waarvan hoe volgende zij opgemerkt De heer Gruenwald heeft in 1945 grond, gelegen langs de Burgemeester de M Mmlaun, gekocht met hst voornemen daarop te zijner tijd woningen te bouwen, zoals in zijn bezwaarschrift wordt gesteld, In het oude plan was de door hem aangekochte grond beszemd voor landelijke bebouwing met een oppervlakte van ten minste 5 ha. per bedrijfswoning, waarbij de onderlinge afstand der woningen te» minste 150 m moest ledragen. Tevens was bebouwing ten b ehoeve van recrea tieve doeleinden toegestaan. Het is kennelijk niet de bedoeling van de adres sant geweest een dergelijke bebouwing op deze grond te stichten,zodat hij zich pij de aankoop vermoeder:.jk onvoldoende op de hoogte heeft gesteld van de moge- rijkheid tot bebouwing var. de grond. Voor een groot deel wordt thans iedere bebouwing van de betrokken grond geheel uitgesloten aangezien landelijke be bouwing nog slechts op een zeer klein gedeelte van de grond van de heer Gruen wald is toegelaten. Daar echter oorspronkelijk slechts een bedrijfswoning per 5 ha werd toegelaten en de eigendom van de heer Gruenwald veel kleiner is dan deze oppervlakte verandert er slechts weinig in de positie van de heer Gruenwald, te weinig om het plan hiervoor te doen wijzigen Betreffende de in zijn bezwaarschrift omschreven toezeggingen en mededelingen, die aan hem zouden zijn gedaan, zij opgemerkt, dat deze zeer onwaarschijnlijk en oncontroleerbaar zijn en in ieder geval ten aanzien van hot onderhavige uitbreidingsplan niet ter zake doen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 11