Toelichting behorende bij het plan tot onteigening van gronden gelegen in het uitbrei dingsplan Boeimeer 1952 Z.O. De te onteigenen gronden liggen binnen het gebied der gemeente Breda in het uitbreidingsplan in onderdelen "Boeimeer 1952'Z.O." vastgesteld bij besluit van de raad der gemeente Breda van 14 Mei 1952. Volgens dit plan zijn de te ont eigenen percelen bestemd voor woningbouw, openbare wegen, openbaar groen en ge meenschappelijke tuinen. De Gemeente moet zo spoedig mogelijk tot verwezenlijking van dit uitbrei dingsplan zien te komen, omdat voor de bouw van weningen in dit gebied van par ticuliere zijde grote belangstelling bestaat. Er zijn reeds verschillende aan vragen om grond voor de bouw van woningen ingekomen en ook omtrent de bouw van de sterflat zijn onderhandelingen gaande. In de gemeente is elders practised geen bouwgrond meer beschikbaar terwijl bovendien bungalowbouwwaarvoor juist liefhebberij blijkt te bestaan, alleen in het onderhavige uitbreidingsplan past. vrijwel De onteigening is beperkt tot de percelen, welke in verband met de woning bouw nodig zijn. De percelen in het uitbreidingsplan bestemd voor kleine bedrijven zijn grotendeels buiten de onteigening gehouden. Deze percelen voldoen reeds aan hun bestemming, zij zijn in gebruik voor een aannemingsbedrijf en voor een bloemis terij. Slechts een klein gedeelte van deze percelen is in het onteigeningsplan opgenomen n.l. een gedeelte van E. 592 en een gedeelte van K.2634. Het voor klein bedrijf bestemde gedeelte van E. 592 (thans weiland) heeft voor de eigenaar na afstand van de voor woningbouw c.a. bestemde grond geen waarde meer. Het in de onteigening betrokken gedeelte van E. 2634 is nodig voor de verplaatsing van de aan de Baronielaan gelegen garage, eigendom van de gemeente en verhuurd aan J.R.Ver meulen. Deze garage, welke in de weg staat voer de doortrekking van de verbindings weg tussen de Baroniel^an en de Boeimeerweg, kan dan in Zuidelijke richting werden verplaatst.Aangezien niet kan worden verwacht, althans geen zekerheid bestaat, dat de gemeente de voer de uitvoering van het uitbreidingsplan nodige gronden door min nelijke schikking in handen zal kunnen krijgen, is het noodzakelijk, dat de moge lijkheid tot onteigening wordt geschapen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 797