Aangezien de door het landelijk bestuur van de N.O.V. ingestelde commissie
ter bestudering van de salariëring der vakleerkrachten haar werkzaamheden nog
niet heeft voltooid, menen wij dat met de behandeling van de wensen dezer orga
nisatie dient te worden gewacht tot harerzijds de onderhavige materie geheel is
uitgewerkt.
De afdeling Breda van deze onderwijzersvereniging heeft ons medegedeeld,
zich met ons standpunt te kunnen verenigen, (bijl VI*).
Teneinde thans zo spoedig mogelijk de instemming van Gedeputeerde Staten
te verkrijgen op de door Uw Raad in zijn vergadering van 13 Juni 1951 vastge
stelde salarisregeling voor de vakleerkrachten, mogen wij U voorstellen te be
sluiten tot wijziging van^de onderhavige verordening overeenkomstig bijgaand
concept-besluit (Bijl.UI inhoudende de door de Minister van Binnenlandse
Zaken gewenste salarisncrmen voor de hierboven vermelde categorieën van vakleer
krachten.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
J.A.Keijs
wndburgernees ter
Van Woensel
secretaris
Ter visie in de leeskamer.