GEMEENTE BREDA
Bij volgno. 5 der agenda
De Raad der gemeente Breda;
Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 6 October 1954,
Bijlagen 1954,Ho.497;
Overwegende, dat de 16 woningen type A, gelegen aan de Talmastraat 32/32a
tot en met 38/38a en Colijnstraat 5/5a tot en met 1l/l1a, en behorende tot het com
plex 68 woningen dezer gemeente, waarvoor bij Ministeriële beschikking van 26 Octo
ber 1951No.1016155/V12180 een jaarlijkse woningwetbijdrage uit 's Rijks kas in het
exploitatietekort is toegekend, in aanmerking komen voor de bijdragen als bedoeld in
artikel 24a, onder 3^., juncto artikel 25a van het Woningbesluit;
dat bij zijn besluit van heden is bepaald, dat de huur van elk dezer woningen
met ingang van 15 Februari 1954 100,- per jaar minder zal bedragen dan de ingevolge
artikel 24b van het "oningbesluit vastgestelde huur, zulks evenwel beperkt tot de
tijdvakken, waarin de voorwaarden voor het verkrijgen van bovenbedoelde afzonderlijke
bijdragen aanwezig zijn;
dat de helft van het hieruit voortvloeiende exploitatietekort ten bedrage
van maximaal 800,- per jaar voor rekening der gemeente zal worden genomen;
gelet op de betreffende bepalingen van het ^oningbesluit en de Beschikking
bijdragen 40ningwetbouw 1950, zoals deze thans luidt;
heeft besloten:
voor de genoemde 16 woningen, behorende tot het complex 68 woningen, aan te vragen
o
en te aanvaarden een rijksbijdrage als bedoeld in artikel 24a, onder 3_ van het
Woningbesluit over de periode 15 Februari 1954 - 29 September 2002, ten bedrage van
maximaal 800,- per jaar.
Aldus besloten door de Raad voornoemd in
zijn openbare vergadering van October
1954.
Voorzitter.
Secretaris.
