GEMEENTE BREDA Volgno> 36 der agenda Bijlagen 1954 no. 576 10 November 1954 V/14846 Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het ver lenen van een crediet voor de uitbreiding van de waterwinning bij het pompstation te Dorst. AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. In 1947 werd door het tot stand brengen van een aantal diepe boringen de capa citeit van de waterwinning bij het pompstation te Dorst belangrijk opgevoerd. Deze uitbreiding was het begin van een plan om de ondiepe putten geleidelijk te vervangen door diepe boringen. De kwaliteit van het water uit de ondiepe putten is namelijk niet bevredigend. Het water is agressief ten opzichte van ijzer en beton, waardoor als gevolg van het zich vormen en vastzetten van ijzeroxyde in de omstortingen de bronnen spoedig verstoppen. Zij eisen in verhouding tot de opbrengst veel onderhoud en zijn na gemiddeld 15 jaar totaal onbruikbaar. Bij de in 1929 en de daarop in de jaren 1946 tot 1948 plaats gehad hebbende uit breidingen kwam vast te staan dat van de ondiepe bronnen geleidelijk moest worden afgestapt. Tot 1943 kwam nog een aantal ondiepe bronnen tot stand, waarna de ondiepe boringen totaal werden stopgezet. De bestaande bronnen werden nog gehandhaafd, zolang zij nog bevredigend werkten. Thans bestaat er aanleiding om de winning van ondiep water te beëindigen en geheel op diep water over te gaan. De huidige capaciteit van de bronnen bedraagt rond 800 m3 per uur normaal. Daar de tegenwoordige zomerverbruiken de 800 m3 per uur gaan benaderen en de op brengst uit de ondiepe putten geleidelijk gaat teruglopen is het nodig de bestaande winplaatsen uit te breiden. Deze uitbreiding is temeer gewenst en verantwoord omdat in de jaren 1948 tot en met 1952 de zuiveringsinstallaties van het bedrijf belangrijk zijn gemoderniseerd en uitgebreid. De capaciteit van de filterwerken ligt thans rond 1000 m3 per uur. Teneinde de broncapaciteit met de capaciteit van de filterwerken in overeenstemming te brengen zal overeenkomstig het in 1947 opgemaakte plan de plaatsing van een 5-tal nieuwe bronnen noodzakelijk zijn. Na de totstandkoming hiervan kan de per uur af te leveren hoeveelheid water gesteld worden op: huidige capaciteit 800 m3 bij:5 nieuwe bronnen a 70 m3 per bron 550 1150 m3 geleidelijk wegvallen van 36 ondiepe boringen 180 blijft 970 m3 Omtrent de rentabiliteit van deze investering kan gesteld worden, dat de momenteel aan de gang zijnde stijging van het waterverbruik zal aanhouden doordat de laatste tijd nieuwe woningen tot stand komen binnen het gebied, dat door het waterleidingbedrijf RNo2

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 1559