Bij volgno. 38 der agenda
Verordening, regelende de rangen en de bezoldiging van de ambtenaren van de
beroepsbrandweer der gemeente Breda. (Bezoldigingsregeling Brandweerpersoneel 1954)
Artikel 1.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder ambtenaar: hij, die door
het bevoegd gezag is benoemd in een rang, voorkomende in de in artikel 2 bedoelde bij
lage, hetzij in vaste of tijdelijke dienst, hetzij, doch alleen, voor zover bepalingen
van deze verordening in de arbeidsovereenkomst van toepassing worden verklaard, op ar
beidsovereenkomst naar burgerlijk recht.
Artikel 2.
De rangen van de ambtenaren en de voor die rangen geldende salarisschalen luiden, als
in de bijlage van deze verordening is vermeld.
Artikel 3.
De artikelen 3,4,5,6,7,8 en 11 van de Bezoldigingsregeling Ambtenaren 1954 zijn van
toepassing, met dien verstande, dat voor het bepalen van do grens van de huwelijks
toelage geen rekening wordt gehouden met do in het volgende artikel geregelde kleding-
toelage.
Artikel 4.
De ambtenaar ontvangt voor het aanschaffen en aanvullen van dienstkleding een vaste
jaarlijkse toelage, welke bedraagt:
a. in de rangen van hoofdbrandmeester (commandant) en brandmeester 312.-;
b. in een derovorige rangen 240.-.
Artikel 5.
De ambtenaar wordt voor de berekening van zijn salaris op 1 Januari 1954 of op enige
datum voor die van de vaststelling van deze verordening geacht een aantal dienstjaren
te hebben, dat gelijk is aan het aantal periodieke verhogingen, welke hij op diezelfde
data volgens de 2e Bezoldigingsregeling Brandweerpersoneel 1948 genoot.
Artikel 6.
1. Deze verordening kan worden aangehaald, als "Bezoldigingsregeling Brandweerpersoneel
1954" en treedt in werking op 1 Januari 1954.
2. Het ingang van laatstgenoemde datum vervalt de 2e Bezoldigingsregeling Brandweer
personeel 1948.
Aldus vastgesteld door de Raad der gemeente
Breda in zijn openbare vergadering van
voorzitter.
secretaris.