-4- Verbetering van woningtoestanden heeft onze voortdurende aandacht. Waar zulks mogelijk en nodig is, worden woningen onbewoonbaar verklaard en aangekocht voor afbraak. De plannen voor sanering van de binnenstad houden ten nauwste verband met de beschikbare woonruimte. Aangezien de woningnood nog steeds groot is, zal de bouw van nieuwe woningen in snel tempo moeten worden voortgezet. Hierbij is het particulier initiatief zeker toe te juichen. Indirect wordt de bouw van nieuwe woningen door particulieren gestimuleerd door de verstrekking van hypotheken van gemeentewege Ter bevordering van de werkgelegenheid moet de mogelijkheid tot het vestigen van industrieën gehandhaafd blijven. Gezien de onlangs beschikbaar gestelde cre- dieten zal de beschikking over voldoende industrieterreinen met goede aanvoer- wegen, te water en te land, verkregen worden. Zodra mogelijk zal met de uitvoering van het zogenaamde Krogten-plan begonnen worden, opdat aan de vraag naar industrie terreinen kan worden voldaan. Na het bovenstaande zal het U duidelijk zijn dat verhoging der uitgaven nood zakelijk is om het gemeentelijk leven zo goed mogelijk te doen functionneren. Aan de verschillende taken welke de gemeente in het algemeen belang vervult, worden steeds nieuwe toegevoegd. Dat een juiste verzorging hiervan moet leiden tot een stijging der uitgaven is onvermijdelijk temeer daar het verzorgingsniveau dezer ge meente door de reeds eerder genoemde oorzaken steeds te laag is geweest en een ach terstand moet worden ingehaald. De inkomsten volgen echter deze stijgende uitgaven niet, hetgeen moge blijken uit onderstaand overzicht van de voornaamste inkomstengroepen. 1253. 1254 Uitkeringen gemeentefonds 2.222.590»- 3-504.685.- 3-609.633-- Hoofdsom en opcenten grond- en personele belasting 662.600.- 1.081.300.- 1.150.450.- Compensatie derving ondernemings belasting 1.566.150.- -.- Gemeentebelastingen 1.120.050.- 1.130.600.- 1.074-275•- Bedrijfswinsten 352.339-- 375-036.- 322.591-- 5.923.729.- 6.091.621.- 6.156.949.- 0 gemerkt moge worden, dat voo r een juiste vergelijking voor 1953 de ramingen volgens de oorspronkelijke begroting zijn opgenomen, zodat voor dat jaar geen reke ning werd gehouden met de later voorgenomen wijzigingen in do financiële verhouding, hetgeen het overzicht slechts ten goede kan komen. Immers in de plaats van de com pensatie wegens derving der ondernemingsbelasting is gekomen een hogere (nieuwe) be lasting-uitkering uit het gemeentefonds, alsmede de opbrengst wegens hoofdsom der grondbelasting en personele belasting, terwijl in 1953 nog was geraamd alleen de opbrengst wegens oocenter, op de hoofdsom dezer belastingen. Bij de lagere opbrengst der gemeentelijke belastingen over 1955 moet rekening worden gehouden met het geheel vervallen van de raming der schoolgelden voor het lager onderwijs en voor het grootste gedeelte van die voor het uitgebreid lager en het nijverheidonderwijs, waardoor de totale opbrengst 85-000.- lager is. Daar tegenover kan echter gerekend worden op een compenserende uitkering van het Rijk. In het algemeen kan worden vastgesteld dat de eerste drie groepen van inkomsten in totaal slechts een geringe verhoging te zien geven, welke bij een vastgestelde uitkering per inwoner voornamelijk ontstaan is door de toeneming van het aantal in woners, terwijl de gemeentelijke belastingen en bedrijfswinsten - voor 1955 met in achtneming der vervallen schoolgelden - nagenoeg gelijk zijn gebleven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 1697