GEMEENTE BREDA Volgno. 6b der agenda
Bijlagen 1954
no589
30 November 1954
1/14303
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot voorlopige
goedkeuring van een plan tot onteigening van gronden
gelegen in het oostelijk deel van het uitbreidingsplan
Brabantpark"
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Bij besluit van Uw College d.d. 12 Maart 1952, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten
bij besluit van 29 October 1952 G. no. 33060H, werd vastgesteld het partieel uitbreiding;
plan in hoofazaken "Brabantpark". Het besluit tot vaststelling werd gewijzigd bij Uw be
sluit d.d, 14 October'53 sn goedgekeurd door Gedeputeerde Staten bij besluit van 10 Febru
ari 1954 G no. 71719.
Voor de realisatie van dit uitbreidingsplan zal de gemeente over de daarin gelegen
gronden moeten kunnen beschikken.
Zoals Uw College bekend is, is de gemeente inmiddels eigenaresse geworden van nage
noeg alle percelen, gelegen in het door Uw College vastgestelde en door de Kroon goed
gekeurde onteigeningsplan, hetwelk betrekking heeft op de gronden gelegen in de weste
lijke helft van het uitbreidingsplan Brabantpark.
Be verder "voortschrijdende bebouwing eist echter, dat de gemeente ook de eigendom
zal moeten verwerven van de gronden, gelegen in de oostelijke helft van genoemd uit
breidingsplan ten Zuiden van de I'eteringsedijk en de Tilburgseweg, voor zover deze niet
voor agrarische doeleinden zijn bestemd.
Onderhandelingen met eigenaren van deze gronden zijn reeds aangevangen, doch het is
te voorzien, dat niet van allen de nodige medewerking zal worden verkregen.
In verband hiermede stellen wij Uw College voor voorlopig goed te keuren een plan
tot onteigening van gronden gelegen in het oostelijk gedeelte van het uitbreidingsplan
Brabantpark, overeenkomstig het ter inzage gelegde ontwerp-besluit met daarbij behorende
stukken.
Be Bouwcommissie gaat met dit voorstel accoord.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
C. Kortmann
Van Woensel
burgemeester.
secretaris.