GEMEENTE BREDA
nr. 98
17 Februari 1954.
Vl/3208.
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het bevor
deren van een verhoging der jaarwedde van de Gemeente
secretaris.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
In aansluiting op het schrijven van de Burgemeester, dat U tegelijk met dit stuk
wordt uitgereikt, menen wij Uw aandacht te moeten vragen voor de bezoldiging van de
secretaris der gemeentewelke eveneens door Gedeputeerde Staten onder goedkeuring
van de Kroon wordt bepaald. Het rijk doet voor vele zijner hogere functionarissen
afzonderlijk het nodige en de provinciale staten van Noord-Brabant hebben ter gele
genheid van de bezoldigingswijziging voor de leden van Gedeputeerde Staten aangedron
gen op verbeteringen voor de griffier der Staten, als gevolg waarvan voorlopig een
toeslag van 10% is verleend, die straks vermoedelijk als een minimum in het
grondsalaris zal worden verwerkt.
Wij menen, dat er alle aanleiding is de secretaris dezer gemeente niet ten achter
te doen blijven nu allerwegen bestuursfunctionarissen en ambtelijke topfunctionaris
sen afzonderlijk worden bezien.
Wij stellen U derhalve voor tegelijk met Uw schrijven over de bezoldiging der
wethouders bij Gedeputeerde Staten tevens aan te dringen op een verbetering in de po
sitie van de secretaris (naast de gewone over de gehele linie geldende duurtetoeslagen)
en daarvoor als minimum een percentage van IQfi te noemen.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
C. Kortmann
burgemeester.
Van Woensel
secretaris.