Bij volgno. 8 der agenda -2- Het besluit van de raad, waarbij de ontvangsten en uitgaven worden goedgekeurd, strekt aan de regenten en aan de rentmeester tot décharge. Het college van regenten en de rentmeester kunnen afzonderlijk worden gedechargeerd, indien beider beheer niet voor gelijktijdige goedkeuring wordt vatbaar geacht. Artikel 11 Een huishoudelijk reglement, door het college van regenten voor zijn werkzaamheden vast te stellen, wordt aan de gemeenteraad ter kennis gebracht. Artikel 12. De rentmeester wordt uit een voordracht van een tweetal personen, door het college van regenten in te zenden, door de gemeenteraad benoemd. Artikel 13- De rentmeester geniet een salaris door het college van regenten te bepalen. Het be sluit tot vaststelling van dit salaris vereist de goedkeuring van burgemeester en wet houders. Het loon van het overige personeel wordt door het college van regenten geregeld. Artikel 14. Het college van regenten stelt een instructie voor de rentmeester vast. Deze in structie wordt aan de gemeenteraad medegedeeld. Hoofdstuk II. YAH DE BROEDERS EN HUN OPNEMING. Artikel 15. De opneming geschiedt door het college van regenten. Het college van regenten be paalt - zo nodig in overleg met de betrokkene - in welke inrichting hij zal worden ge plaatst. Er zullen niet meer broeders worden gehuisvest en verzorgd dan de beschikbare geld middelen toelaten. Artikel 16. Om als broeder te worden opgenomen moet men: 1. in de gemeente of uit aldaar gevestigde ouders geboren, of sedert tenminste tien jaar ingezetene zijn (toevallige geboorte uit reizende of zich voor korte tijd in de gemeente bevonden hebbende personen hiervan uitgesloten); 2. ongehuwd of weduwnaar zijn; 3. de leeftijd van zestig jaren hebben bereikt; 4. steeds een goed zedelijk gedrag geleid hebben; 5. bij voorkeur geen onderstand uit openbare armenfondsen genoten hebben; 6. zich contractueel verbinden om aan het bestuur ten bate der instelling af te dragen een deel der inkomsten, welke tijdens de opneming uit vermogen, arbeid, pensioen, lijfrente of andere periodieke uitkeringen worden verkregen, en wel tot het bedrag als door het college van regenten voor elk geval afzonderlijk zal worden bepaald. Met afwijking van de eerste der in de voorgaande zinsnede gestelde voorwaarden, kunnen bij uitzondering worden opgenomen zij, die gewichtige diensten aan de gemeente hebben bewezen of die tot oud-Bredase geslachten behoren. Artikel 17. De opneming wordt geweigerd aan hen, die in voortdurend ziekelijke toestand ver keren of aan afzichtelijke of voor derden hinderlijke lichaamsgebreken lijden. Artikel 18. Behalve oen uittreksel uit het geboorteregister en de verdere bewijsstukken, naar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 569