GEMEENTE BREDA
9
Bijlagen 1954
noo 300
VI/10156
9 Juni 1954
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vast
stelling van de Bezoldigingsregeling Ambtenaren 1954.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Bij Koninklijk Besluit van. 20 ^ebruari 1954, Staatsblad nr 55, zijn ten
aanzien van de bezoldiging van de burgerlijke rijksambtenaren met ingang van 1 Ja
nuari 1954 de volgende maatregelen getroffen:
a. de bezoldiging is verhoogd in verband met de besluiten om, gerekend van 1 Ja
nuari 1954, de woninghuren te verhogen en de consumptiebeperking op te heffen;
b. de verschillen in de salarissen, welke een gevolg zijn van de indeling der
standplaats in klassen, zijn verminderd;
c. de onder a en b bedoelde voorzieningen zijn, tezamen met de toelagen ingevolge
het Toelagebesluit 1951, tot uitdrukking gebracht in de salarisbedragen.
Krachtens raadsbesluit van 16 December 1953 zijn aan de hand van de te
verwachten rijksregeling van 1 Januari 1954 af voorschotten verstrekt aan het
daarvoor in aanmerking komend personeel. Hierbij moge U een definitieve regeling
ingaande 1 Januari 1954 voor het personeel, voor hetwelk de ^ezoldigingsregeling
Ambtenaren 1948 geldt, in ontwerp worden aangeboden. Ter nadere toelichting dient
het volgende.
Tekst van de verordening-
Artikel 4 komt naar strekking overeen met de artikelen 18 en 19 van het Bezoldi
gingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1948, regelende de persoonlijke en de
ambtstoelage.
Artikel 5. De leeftijd en de bedragen betreffende het recht op huwelijkstoelage
zijn aangepast aan die, welke thans ook voor het rijkspersoneel gulden.
Artikel 6. De regeling van de kindertoelage is te ingewikkeld geworden dan dat
deze nog in één artikel overzichtelijk kan worden weergegeven. Een afzonderlijke
kindertoelageverordening, waarnaar ook in andere gemeentelijke bezoldigingsrege
lingen kan worden verwezen, verdient derhalve aanbeveling.
Artikel 7. In dit artikel zijn verhoogd de bedragen van de diploraatoelage, welke
kan worden verleend voor een uitgestelde promotie, indien het behalen van een
diploma daartoe aanleiding zou geven en welke wordt ingetrokken bij de bevordering.
Artike1 10.Enige ambtenaren hadden voor de vaststelling van de bezoldiginggrege-
ling ambtenaren 1948 een bezoldiging welke, verhoogd met de algemene toelagöh,
hoger Is dan die, waarop zij volgens de nieuwe verordening aanspraak hebben.
Evenals onder de werking van evengenoemde bez;oldigingsregeling wordt voor dit ver
schil een garantietoelage toegekend.
Bijlage I. Rangen en salarissen.
De salarisverhoging in verband met de huurverhoging en de opheffing van
