Bij volgno. 24b der agenda
BEZOLDIGINGSREGELING AMBTENAREN 1954.
Artikel 1.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
1. ambtenaar:
a. de meerderjarige, die in vaste of tijdelijke dienst van de gemeente is en op
wie het Ambtenarenreglement (Gemeenteblad nr. 856) van toepassing is, indien
zijn salaris niet elders is of wordt geregeld;
b. de meerderjarige, die in dienst van de gemeente is op arbeidsovereenkomst naar
burgerlijk recht, voorzover bepalingen van deze verordening in de arbeidsover
eenkomst van toepassing worden verklaard.
2. salari s
a. hetzij het voor de ambtenaar geldende jaarbedrag van de op zijn rang betrekking
hebbende salarisschaal;
b. hetzij, indien de ambtenaar een rang bekleedt waarvoor geen salarisschaal geldt:
het voor de betreffende rang vastgesteld jaarbedrag, dat het daarbij als ten
hoogste aangegevene niet te boven gaat.
3. wedde
het salaris, vermeerderd met de vaste toelagen.
4. bezoldiging:
het salaris, vermeerderd met alle toelagen waarop ingevolge deze verordening aan
spraak bestaat.
5. vaste toelage:
een op grond van deze verordening verleende toelage, welke in aanmerking komt voor
opneming in de pensioensgrondslag.
Artikel 2.
1. De rangen van de ambtenaren en de voor die rangen geldende salarisschalen dan wel
bedragen ten hoogste luiden, als in de bijlage I van deze verordening is vermeld.
2. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd, aan een in de bijlage vermelde rang toe
te voegen de letter A, om daarmede aan te duiden, dat de rang voor een bepaalde
ambtenaar een eindrang is.
3. De chef van de afdeling financiën ter secretarie kan in de rang van referendaris
le klasse ter secretarie worden gesalarieerd volgens de schaal 8650.- - 9850.-
(6 periodieke verhogingen van 200.-). Zolang hij tevens is belast met de leiding
van het bureau Onderwijs en/of het bureau Belastingen ter secretarie kan hij in de
rang van administrateur ter secretarie worden gesalarieerd volgens de schaal 8850.
- 10.500.- (6 periodieke verhogingen van 275.-).
4. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd, aan bepaalde ambtenaren uit hoofde van de
hun in het bijzonder opgedragen werkzaamheden aanvullende titels toe te kennen ter
nadere aanduiding van hun werkkring.
Artikel 3.
1. Het salaris van de ambtenaar voor wiens rang een salarisschaal geldt wordt bij
voldoende bekwaamheid, geschiktheid en dienstijver en ook tijdens het verlof, het
welk de ambtenaar krachtens de bepalingen van het Ambtenarenreglement (Gemeente
blad nr. 856) geniet ter vervulling van militaire of daarvoor in de plaats tredende
dienst, telkens na een dienstjaar in dezelfde rang verhoogd met het bedrag, dat in
de betreffende schaal is aangegeven, totdat het maximumsalaris van de rang is be
reikt
2. De periodieke verhogingen gaan in op de eerste Januari.
3. Voor de toekenning van een periodieke verhoging aan een ambtenaar, die in de loop
van een kalenderjaar wordt aangesteld of bevorderd, wordt de tijd die verlopen is
van de dag van ingang van zijn aanstelling of bevordering tot de eerste Januari