Bij volgno. 24g der agenda -3- Artilcel 12. Deze verordening kan worden aangehaald als Kindertoelageverordening 1954 en treedt in werking: a. voor de ambtenaren, bedoeld in artikel 3»sub a: op 1 Januari 1954; b. voor de ambtenaren bedoeld in artikel 3, sub b:op 27 December 1953- Artikel 13. 1. In afwijking van hut bepaalde in artikel 4, ontvangt een ambtenaar, die zich voor 1 Mei 1945 in overheidsdienst bevond en uit dien hoofde voor een bepaald kind een minimum-kindertoelage genoot van/, 200,- per jaar, 15,65 per maand of 3,85 per week, bij wijze van tijdelijke maatregel voor dat kind deze toelage, tenzij se dert 1 Januari 1946 een wezenlijke onderbreking van het dienstverband met do over heid plaats vond. 2. Ten aanzien van hem, die zich op 1 Januari 1954 in overheidsdienst bevond, wordt do kindertoelage tot 1 Juli 1955 toegekend en beëindigd op het tijdstip, waarop zij zou zijn toegekend of beëindigd ingevolge artikel 6 van de Bezoldigingsregeling Ambtenaren 1948 onderscheidenlijk artikel 7 van de Bezoldigingsregeling Werklieden 1948, tenzij die regeling voor de ambtenaar ongunstiger is. Aldus vastgesteld in de vergadering van de Raad van de gemeente Breda, gehouden op voorzitter. secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 823