GEMEENTE BREDA Volgno 7 der agenda
Bijlagen 1955
no. 554
Y/6159
5 October 1955
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het
verlenen van financiële steun aan het Voorlopig
Comité tot oprichting van een Revalidatie-Cëntrum.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Het vraagstuk van de revalidatie heeft vooral na de laatste wereldoorlog steeds
meer de aandacht getrokken. Revalidatie omvat alle maatregelen, welke moeten irorden
genomen om dc lichamelijke en de geestelijke gezondheid, de sociale onafhankelijkheid,
de arbeidsgeschiktheid en de economische waarde van gevonden en zieken in zo groot
mogelijke mate te herstellen. Dit geschiedt in speciale inrichtingen, welke al of
niet verbonden zijn met een groot ziekenhuis.
Ook in Breda bestaan plannen om te komen tot de oprichting van een Revalidatie
centrum. Hiertoe heeft zich een voorlopig comité gevormd, bestaande uit de heren
Dr H.M. Houben, arts, J.A.H. Hermans en F.J. van Aalst. Dit comité stelt zich voor
om - zodra de voorbereidende werkzaamheden zijn verricht en voldoende kans bestaat
op realisatie van een revalidatie-centrum - een stichting op te richten, waarin een
bestuurszetel zal worden ingeruimd voor vertegenwoordigers van de stichting voor
Revalidatie in Woordbrabant te Tilburg, van de Bredase katholieke ziekenhuizen, de
ziekenfondsen en de werkgevers- en de werknemersorganisaties. Het is de bedoeling om
met behulp van het rijk, de provincie, de gemeente en de Bredase industrieën in de
onmiddellijke omgeving van het St. Ignatius ziekenhuis een revalidatie-centrum op te
richten alwaar de patiënten poliklinisch behandeld kunnen worden door de revalidatie
arts met zijn staf van deskundigen, als sportleraar, heilgymnast, masseurs, masseuses,
sociale werkers en arbeidstherapeuten, zulks in nauw contact met dc specialisten,die
hun patiënten voor nabehandeling hebben doorgezonden. Het Bestuur van het St.Ignatius-
ziekenhuis is bereid in de directe omgeving van dat ziekenhuis een stuk grond af te
staan, waarop het gebouw van het centrum kan worden geplaatst.
Uit de voorlopige begroting blijkt, dat de kosten voor gebouw en inrichting
ongeveer 500.000,- zullen bedragen. Of tot een sluitende exploitatie kan worden
gekomen is nog niet met zekerheid te zeggen. Naar onze mening zal het exploitatie
tekort voor de eerste jaren in dp orde van grootte van 10.000,- liggen. Aan de
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid zal echter een bijdrage a fonds perdu
van j 100.000,- in de stichtingskosten worden gevraagd, waardoor de jaarlijkse las
ten reeds aanmerkelijk minder zullen bodragen en het resterende tekort in de eerste"
jaren gedokt zal kunnen worden door bijdragon van de provincie en de industrieën, en
zonodig ook door een gemeentelijke bijdrage.
Alvorens het voorlopige comité met concrete plannen kan komen, is het nodig
aan een architect opdracht te geven tot het maken van een voorlopig ontwerp van het
gebouw en van nadere plannen door eventuele andere adviseurs. De kosten hiervan wor
den geraamd op 5000,-, waarvoor een beroep op de gemeente wordt gedaan. Waar onze
RNo2