GEMEENTE BREDA Volgno. 21g der agenda
Ia Wij hebben de eer overeenkomstig het advies van de Directeur, waarin te
Bijlagen 1955
no. 651
9 november 1955
Vl/19598
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot benoe
ming van twee leraren in vaste dienst aan de Ge
meente li jke VMT0-cursus
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
De heer J.P. Hooijdonk, tijdelijk leraar aan de Gemeentelijke V.M.T.O.-
cursus komt in aanmerking voor benoeming in vaste dienst. Voorts maakt de vorming
van een parallel-klas voor het tweede leerjaar bij deze cursus, het noodzakelijk,
dat tot aanstelling van een nieuwe leraar wordt overgegaan.
Krachtens artikel 23, leden 1 en 2 van de Nijverheidsonderwijswet worden de
leraren der gemeentelijke nijverheidsscholen benoemd docr de Gemeenteraad uit een
voordracht van benoembaren, welke is opgemaakt door Burgemeester en Wethouders,
nadat de Directeur, wiens advies wordt overgelegd, is gehoord. De voordracht be
hoeft de goedkeuring van de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen.
Voorts is in artikel 8, lid 1 van de verordening, regelende de samenstel
ling en de werkkring der commissie van toezicht op de gemeentelijke nijverheids
scholen (gemeenteblad 110.391bepaald, dat de Commissie voor het Nijverheidson
derwijs de Raad en Burgemeester en Wethouders van bericht en advies dient ontrent
alles wat met het nijverheidsonderwijs in verband staat.
vens het advies van do Commissie is vervat, voor benoeming tot leraar in vaste
dienst, te rekenen van 15 september 1955, voor te dragen de heren:
Hooijdonk, Johannes Philippus, geboren op 29 september 1928 en wonende, Graaf
Hendrik III-laan 139c.
Sinds mei 1954 is hij in tijdelijke dienst werkzaam als leraar in het
vak Engelse taal. Aan hem zullen 4 lessen por week worden opgedragen,
van Zundert, Hermanus Pieter, geboren op 20 september 1914 en wonende te Terheijden,
Brouwerijstraat 6.
Hij is op 1 oktober 1955 in dienst getreden als leraar algemeen vormend
onderwijs in vaste dienst aan de Gemeentelijke Technische School.
Aan hem zullen wekelijks 4 lessen algebra en 2 lessen rekenen worden op
gedragen.
Beiden zijn voor de te geven lessen in de geroeide vakken bevoegd.
Aan de benoemingen waren de volgende in de Nijverheidsonderwijswet en het
Rechtspositiebesluit N.0.1935, voorgeschreven voorwaarden te verbinden:
1dat aan de benoemden een getal lesuren kan worden opgedragen als in verband
net de belangen van het onderwijs zal blijken nodig te zijn;
2. dat do voordrachten door de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
worden goedgekeurd, en
3. ten aanzien van de benoeming van de heer Hooijdonk: dat hij voor het vervullen
R.No:2: