Ons college was van mening, dat het belang dezer aangelegenheid een positiebe
paling onzerzijds vereiste. In een schrijven van 17 Februari 1955, no. l/2373> dat
wij voor U in de raadzaal ter inzage hebben gelegd, hebben wij daarvan aan belang
hebbenden kennis gegeven. Intussen is het bekend geworden, dat een rijkssubsidierege
ling binnenkort verwacht mag worden en moet worden gevreesd, dat de zgn. bouwstop
een hinderpaal voor realisatie zal zijn.
UITGAVEN.
Volgno. 658.
Zoals uit de toelichting blijkt, bedroegen de uitgaven voor volksfeesten in
1952 11.541,50, in 1953 16.901,54 en in 1954 9.661,91. De huidige raming
van 10.000,- is dus aangepast aan de uitgaven in vorige jaren, zodat van een
uitbreiding der volksfeesten geen sprake is.
Volgno. 660.
De aanleg van speelgelegenheden voor de jeugd heeft de voortdurende aandacht
van ons college, Bij het ontwerpen van nieuwe uitbreidingsplannen wordt daar ern
stig rekening mede gehouden. De vraag of ook de oprichting van meerdere speeltuinen
met werktuigen moet worden bevorderd, wordt nog overwogen.
Daar de speeltuin aan de Ploegstraat door derden wordt geexploiteerd, behoeft
geen bedrag voor onderhoud te worden geraamd.
Volgno. 666.
Het ligt in het voornemen - indien zich een gunstige gelegenheid voordoet - kunst
voorwerpen als schilderijen en beeldhouwwerken aan te kopen tot verfraaiing van het
stadhuis en de stad. Daartoe zal de raming op deze post worden verhoogd van ƒ.2.500,-
tot 10.000,-.
Volgno. 684A.
Voor het geval dat uitgaven moeten geschieden in het belang van het historisch
aanzien der gemeente en van het artistiek en aesthetisch bouwen, worden deze bij af
zonderlijke wijziging op de begroting gebracht.
Volgno. 688.
Jaarlijks wordt op 29 Juni de volkszangdag gehouden. De gelden worden voorname
lijk besteed om aan de ruim 2000 schoolkinderen, die hieraan deelnemen, een versna
pering aan te bieden,
Volgno. 694o
Het rapport van het Mgr. Hoogveldinstituut is in concept thans vrijwel gereed.
De verdeling van het subsidie van 3.750,- voor de katholieke en protestante jeugd
verenigingen geschiedt sinds 1948 voor de helft in verhouding tot het ledental (sub
sidiëring ten behoeve van de reeds georganiseerden)voor de andere helft naar ver
houding tot het aantal dergenen die onder een bepaalde jeugdorganisatie kunnen val
len, waarbij als maatstaf genomen wordt de verdeling van het aantal leerlingen der
lagere scholen over de gezindten (subsidiëring ton behoeve van de nog niet georgani
seerde jeugd)
Onder de protestante jeugdverenigingen is de A.J.C. niot begrepen.
De subsidiëring van het protestante kinderwerk geschiedt door de Culturele Werkgemeen
schap (sectie Jeugd). Wij hebben in overweging genomen deze laatste subsidie voortaan
door Uw Raad te doen vaststellen.
Volgno. 698.
Het bedrag dat jaarlijks ten behoeve van de Culturele Werkgemeenschap wordt ge
voteerd, wordt bijna geheel aangewend voor de subsidiëring van diverse culturele
acitiviteiten. Als regel geldt het subsidie voor een enkele activiteit; voor jaar
lijks terugkerende subsidies wordt verwezen naar de gemeente. Het voor deze activitei
ten gevoteerde bedrag is nauwelijks toereikend. Een andere vraag is, of de werkzaam
heden van de Culturele Werkgemeenschap over het gehele arbeidsterrein belangrijk zijn.
Deze vraag raakt dc opzet vin de stichting, die eigenlijk geen werkgemeenschap kan
-25-