GEMEENTE BREDA
Volgno. 5 d-cr agenda
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Bijlagen 1955
no. 666
7 december 1955
I/16835
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tct wij
ziging der verordening tot aanwijzing van een
gedeelte der gemeente, waarin Burgemeester en
Wethouders vergunningen niet mogen verlenen dan
onder de bij die verordening vastgestelde-voor
waarden.
Gedeputeerde Staten dezer provincie hebben bij hun schrijven d.d. 23 november
1955, G.nc.22856 Rij, IVe afdeling, bezwaar genaakt tegen de inhoud van artikel 3
ven do door uw Raad bij zijn besluit d.d. 13 juli 1955, vastgestelde Verordening
ex artikel 10, lid 1, sub 3 der Drankwet, S.1931, no.476 (Verordening Drankwetlo-
kaliteiten;
artikel 3 der Verordening is naar het oordeel van Gedeputeerde Staten in strijd
met de Wet. Voorts heeft bedoeld College enkele bemerkingen van redactionele aard.
Het komt er op neer, dat:
1de considerans van de verordening an de aanhef van artikel 1 niet in overeen
stemming met het bepaalde in artikel 10, Ie lid, sub 3 der Drankwet wrrdon ge
acht en dat derhalve in de considerans van do Verordening dienen te worden ge
schrapt da woerden "tot vaststelling van eisen, waaraan lokaliteiten moeten vol
doen om voor een vergunning in aanmerking te kornon en";
2) in artikel 1 de woorden "slechts verlenen, indien de lokaliteit, waarvoor de ver
gunning zal gelden voldoet aan ie volgende eisen" worden vervangen door "niet ver
lenen dan onder de volgende voorwaarden"
3) in artikel 1 "2" en "3" worden gewijzigd in "c" en "d", els behorende onder B,
hetgeen een klein... omzetting in d^ redactie tct gevolg hoeft.
Wij kunnen U dienaangaande mededelen, dat het bezwaar van Gedeputeerde Staten
tegen de inhc-ud van artikel 3 juist is. De intrekking van een vergunning kan inder
daad slechts geschieden op de gronden in de Drankwet vermeld. Artikel 3 dient der
halve te vervallen.
Aan de overige bemerkingen van redactionele aard lean naar ons oordeel zonder
bezwaar worden togemoetgekomen. De. materie dio Uw Raad met de betreffende verorde
ning heeft bedoeld te regelen, wordt er niet in het minst door aangetast.
Wij hebben do r U voor to stollen:
I. de bij Uw besluit d.d. 13 juli 1955 vastgestelde Verordening -Drankwotlokalit^iten
in to trekken
II. opnieuw vast tc stellen een "Verordening Drankwet lokaliteiten", -en en ander
conform hot hieraangehecht ontwerp-bosluit
Burgemeester en "Wethouders van Breda,
C.Kortmann burgemeester.
Van Woonsel secretaris.
R.No:2: