GEMEENTE BREDA
Bij volgno. 5 der agenda
Vorordening tot aanwijzing van een gedeelte
der gemeente waarin Burgemeester en iethou
ders vergunningen niet mogen verlenen dan
onder de bij deze vererdening vastgestelde
voorwaarden.
Artikel 1
In het gedeelte van de gemeente, aang-eg^ven op do bij deze verordening behorende
kaart, mogen Burgemeest.r en zoethouders vergunningen voor dc verkoop van sterke
drank in het klein niet verlenen dan ond^r do volgende voorwaarden;
A. voor zoveel betreft slijtvergunningen;
a. de oppervlakte der lokaliteit moet tenminst, 20 m2 bedragen;
b. do lokaliteit moet gelegen zijn op de begane grond;
c. één dor wanden van d^ lokaliteit moet over een lengte van tonminsto 4 ".gren
zen aan de openbare straat;
d. de gemiddelde hoogte van de lokaliteit, gerekend van de vloer tct do onder
kant van do zoldering, van het plafond, of van dv. bekapping zo deze als zol
dering dient, mag niet minder zijn dan 3 nu De gemiddelde hoogte wordt bere
kend door doling van de inhoud van do lokaliteit door haar oppervlakte.
B. voor zoveel betreft tapvergunningen;
a. indien de vergunning zal gelden voor slechts 'én lokaliteit, moet die lokali
teit een oppervlakte hebben van tenminste 40 m2, zijn gelegen op de begane
grond en mot een dor wanden over een lengte van tenminste 4 m. grenzen aan
de openbare straat, gelegen in het hierbovenaangegevon gedeelte der gemeente;
b. indien de vergunning zal golden voor méér dan één lokaliteit, moeten in dc in
richting aanwezig zijn een of meer geriefelijk ingerichte eetzalen, die niet
tevens dienen tot cafélokaliteit, welke gezamenlijk een oppervlakte hebben
van tenminste 50 m2 of wel tenminste 2 vergaderzalen, di niet tevens dienen
tot cafélokalitoit, waarvan 'én een oppervlakte heeft van tenminste 50 m2;
c. indien do inrichting is aangesloten aan het publieke telefoonnet en aan de
bezoekers, al den niet tegen betaling dc gelegenheid wordt gegeven daarvan
gebruik te maken.
d. indien in dc inrichting afzonderlijk aanwezig zijn volledig van elkander ge
scheiden toiletgelegenheden voor mannen en vrouwen, welke niet rechtstreeks
met een voor het publiek toegankelijke lokaliteit in verbinding mogen staan
en steeds in zindelijke toestand moeten worden gehouden. Voorts moet voor
de bezoekers bij de toilett n e.n behoorlijk, gelegenheid bestaan om de han
den te wassen.
Artikel 2.
1. Burgemeester en Wethouders kunnen in bijzondere gevallen, indien do toestand of
de ligging van de lokaliteit daartoe aanleiding geeft, met inachtneming nochtans
van de in het Drankw^tbcsluit 1932 gestelde eisen, ontheffing verlenen van het
bepaalde in artikel 1
2. Burgemeester en Wethouders kunnen aan een ontheffing als hedoeld in het vorig
lid voorwaarden verbinden, w lke echter alleen mogen strekken ter bescherming
van de belangen, beoogd met de bepalingen waarvan vrijstelling wordt verleend.