Volgno, 9b der agenda -2- Destijds is door de Raad besloten on van gemeentewege in gelijke mate bij te dragen als het Rijk, zodat telkenjare na vaststelling van de rijkssubsidies de bij dragen der gemeente op gelijke bedragen konden worden bepaald. Door de Minister van Maatschappelijk Werk is thans bij besluit van 31 Maart 1955 een neer gepreciseerde regeling op dit gebied getroffen, net nane de "Subsidie regeling Gezinsverzorging en Gezinshulp 1955", welke U hierbij ter kennisnening wordt aangeboden Een uitvoerige toelichting en voorschriften voor de administratie der betreffende instellingen zijn aan de regeling toegevoegd. De nieuwe subsidieregeling geeft een aantal definities en begripsbepalingen, welke nen vroeger niste. Misverstanden en twijfelgevallen zullen nu minder voorkonen, zo b.v. ten aanzien van de verhouding rijks- en gemeentelijk subsidie, nu in de slot zin van artikel 4 is neergelegd de voorwaarde dat de gemeente minstens dezelfde per centages als het Rijk noet bijdragen. In de toelichting is terzake gesteld, dat net een goede gezinsverzorging al lereerst het plaatselijk belang is gediend en dat derhalve de geneente dient voor te gaan. Het wil ons dus voorkonen, dat Uw Raad thans dient te besluiten in welke mate in het vervolg van gemeentewege zal worden gesubsidieerd. In financieel opzicht geeft de nieuwe regeling nagenoeg geen consequenties voor de geneente. De percentages van het rijkssubsidie, waaraan de geneente kan con formeren, zijn aangegeven in artikel 5; samenvattende luiden zij als volgt: a. 25% der salariskosten plus sociale lasten van de gezinsverzorgsters; b. 20% idem van de gezinshelpsters; c. 25% per verzorgster en 20% per helpster van bijkomende kosten ad 250,- per jaar voor elke kracht; d. 25% van het salaris plus sociale lasten van een deskundige (gediploneerde)leidster, zulks net dion verstande dat voor naxinaal 10 krachten, per kracht slechts 1/10 ge deelte van deze kosten voor subsidie in aanmerking kont; e. 15% van het salaris plus sociale lasten van een niet deskundige, doch geschikt "verklaarde" leidster; f. 25% van naxinaal 11,12 per kracht per jaar terzake van bijdrage aan een overkoe pelende organisatie. De subsidies genoemd onder c. en f. zijn nieuw, terwijl dat onder e. als over gangsmaatregel is bedoeld. Vervallen is nu het subsidie in een bedrag van 100,- per gezinsverzorgster per jaar voor de kosten van leiding. Resumerende mogen wij U, onder mededeling dat de Subsidieconnissie hiermede accoord gaat, voorstellen te besluiten, dat met ingang van het jaar 1955 aan de te Breda werkzame instellingen,welke gezinszorg beoefenen, een jaarlijks subsidie wordt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1955 | | pagina 544