GEMEENTE BREDA
Bij volgno. 3 der agenda
Verordening tot vaststelling van eisen waaraan (een) localiteit(en)
moet(ai)voldoen om voor een vergunning in aanmerking te komen en tot
aanwijzing van een gedeelte der gemeente waarin Burgemeester en Wet
houders vergunningen niet mogen verlenen dan onder de bij deze ver
ordening vastgestelde voorwaarden.
In het gedeelte van de gemeente, met een rood-wit geblokte arcering aangegeven
op de bij deze verordening behorende kaart, mogen Burgemeester en Wethouders ver
gunningen voor de verkoop van sterke drank in het klein slechts verlenen, indien de
localiteit, waarvoor de vergunning zal gelden, voldoet aan de volgende eisen:
1. voor zoveel betreft slijtvergunningen:
a, de oppervlakte moet ten minste 20 m2 bedragen;
b. de localiteit moet gelegen zijn op de begane grond;
c. één der wanden van de localiteit moet over een lengte van tenminste 4 m. gren
zen aan de openbare straat;
d, de gemiddelde hoogte van de localiteit, gerekend van de vloer tot de onderkant
van de zoldering, van het plafond, of van de bekapping zo deze als zoldering
dient, mag niet minder zijn dan 3 m.
De gemiddelde hoogte wordt berekend door deling van de inhoud van de localiteit
door haar oppervlakte.
2, voor zoveel betreft tapvergunningen:
a, indien de vergunning zal gelden voor slechts één localiteit, moet die localiteit
een oppervlakte hebben van tenminste 40 m2, zijn gelegen op de begane grond en
met een der wanden ever een lengte van tenminste 4 m. grenzen aan een openbare
straat, gelegen in het hierbovenaangegeven gedeelte der gemeente;
b. indien de vergunning zal golden voor méér dan één localiteit, moet(en):
A. in de inrichting aanwezig zijn een of meer geriefelijk ingerichte eetza(a)l(en)
die niet tevens dien(t)(en) tot cafélocaliteit, welke (gezamenlijk) een oppervlakte
heeft (hebben) van tenminste 50 m2 of wel tenminste twee vergaderzalen, die niet te
vens dienen tot cafélocaliteit, waarvan één een oppervlakte heeft van tenminste 50 nf
B. de inrichting zijn aangesloten aan het publieke telefoonnet, terwijl aan de bezoe
kers ,al dan niet tegen betaling de gelegenheid moet worden gegeven daarvan gebruik
te maken;
C. in de inrichting volledig van elkander gescheiden toiletgelegenheden voor mannen
en vrouwen afzonderlijk aanwezig zijn, welke niet rechtstreeks met een voor het
publiek toegankelijke localiteit in verbinding mogen staan en steeds in zindelijke
toestand moeten worden gehouden. Voorts moet voor de bezoekers bij de toiletten
een behoorlijke gelegenheid bestaan om de handen te wassen.
1Burgemeester en Wethouders kunnen in bijzondere gevallen, indien de toestand of de
ligging van de localiteit daartoe aanleiding geeft, met inachtneming nochtans van
de in het Drankwetbesluit 1932 gestelde eisen, ontheffing verlenen van het bepaalde
in artikel 1
2. Burgemeester en Wethouders kunnen aan een ontheffing als bedoeld in het vorig lid
voorwaarden verbinden, welke echter alleen mogen strekken ter bescherming van de
belangen, beoogd met de bepalingen waarvan vrijstelling wordt verleend.
Artikel 2.
Artikel 1