GEMEENTE BREDA Volgno- 3 der ag6nda
Bijlagen 1955
no. 475
7 September 1955
V/8997
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wij
ziging van de verordening op de heffing van leges-
gelden in de gemeente Breda.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Van de Rijksarchivaris in Noord Brabant werd het hierbij overgelegd exemplaar
ontvangen van het Koninklijk Besluit van 17 Maart 1955, benevens een voor de rijks
archieven geldende legesregeling.
Naar aanleiding hiervan kan het volgende worden medegedeeld:
Aan deze gemeente zijn rijksarchieven in bewaring gegeven onder voorwaarde, dat
op die archieven de voor de rijksarchiefbewaarplaatsen geldende of nader vast te stel
len bepalingen omtrent de toegankelijkheid en het gebruik van archieven toepasselijk
worden verklaard. In het Koninklijk Besluit van 14 Januari 1920, no. 33, waarbij deze
bepalingen zijn vastgesteld, is thans een nieuw artikel ingevoegd betreffende de leges
regeling voor de rijksarchieven. De bedoeling hiervan is de gemeentebesturen te ver
plichten zich inzake de legesheffing met betrekking tot de archieven die van het Rijk
in bewaring ontvangen zijn, aan te passen aan de rijksregeling, met name te voorkomen
dat de gemeente hogere leges heft dan het Rijk. Daar het bijna uitsluitend gedeponeer
de rijksarchieven zijn, waarin ten behoeve van derden onderzoekingen worden verricht
of waaruit afschriften worden gevraagd, heeft het weinig zin verschillende tarieven
in te voeren voor deze archieven en voor die welke eigendom zijn van de gemeente.
Een en ander maakt het noodzakelijk, dat de bepalingen genoemd onder 23 en 24
van de mode hierbij overgelegde legesverordening worden gewijzigd, zoals in rood
is aangegeven.
Wij hebben de eer U voor te stellen de hierbijgaande ontwerpverordening tot wij
ziging van de verordening op de heffing van legesgelden conform vast te stellen.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
De Secretaris, De Burgemeester,
Liggen ter visie.
Van Woensel C. Kortmann
RNo2
