-21-
Volgno.170
Betreffende de sterkte van de B.B. wordt verwezen naar bijgaand overzicht
van de stand der werving en opleidingen per 30 september 1.1.
Bescherming Bevolking in de provincie Noord-Brabant
Stand van
de werving en
opleidingen volgens de
over-
zichtsstaten per 30 september 1956.
Gemeenten/
Formatie
Aantal gete
°/o van
Aantal op-
fc van
van
kringen
volgens
kende vrijwil
kolom
ge leide
kolom 5
kolom 5
A=goedge-
lige verbinte
3 t.o.v.
noodwach
t.o.v.
t
o.v.
keurd plan
nissen a)
kolom 2
ters b)
kolom 2
kolom 3
B=cntwerp-
1
plan
3
4
5
6
7
Bergen op Zoom
A 958
882
92.07
708
73.90
80.27
Breda
B 3023
2696
89,18
1396
46,18
51 .78
Eindhoven
B 4550
2969
65.25
1043
22.92
35.12
Helmond
B 1250
885
70.80
648
51.84
73.22
1s-Hertogenbosch
A 1953
1253
64.16
764
39.12
60.97
Roosendaal c.a.
B 1064
923
86.75
561
52.73
60.78
Tilburg
A 3581
2376
66.35
1576
44.01
66.33
Brabant 1
B 1981
1588
80.16
1054
53.21
66.37
Brabant 2
A B 2792
1961
70.24
1304
46.70
66.49
Brabant 3
A B 2063
1687
81.77
1674
81.14
99.23
Brabant 4
B 3132
2972
94.89
1942
62.01
65.34
Brabant 5
A B 577
524
90.81
462
80.06
88.16
Brabant 6
A B 2143
1575
73.50
1194
55.71
75.81
Toelichting: Onder "Getekende vrijwillige verbintenissen" zijn begrepen:
1. Personeel, speciaal in dienst genomen voor de noodwacht.
2. kangewezen gemeentepersoneel (art.11 Wet o.d. noodw.)
3. Ingeschakeld politiepersoneel.
4. Vrijwillig gesloten verbintenissen.
b) Hieronder is ook begrepen het aantal noodwachters, dat GEEN opleiding behoeft.
Er wordt regelmatig geoefend, naar gelang de stand van de opleidingen zulks
mogelijk maakt. Hoe verder de opleiding voortschrijdt des te veelzijdiger kan het
jaarlijkse oefeningenschema zijn.
De gemeente kan niet verplicht worden haar apparaat aan andere gemeenten te
lenen,omdat de gemeente formeel geen apparaat heeft. Het is voor Breda, Nieuw-
Ginneken en Teteringen in handen van het rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam
de A-kring Breda. Een verplichting voor deze A-kring om met haar apparaat andere
gemeenten te gaan helpen (van uitlenen zal moeilijk gesproken kunnen worden) zal
slechts kunnen ontstaan na daartoe strekkende aanwijzing van de Commissaris der
Koningin krachtens machtiging van de Minister van Binnenlandse Za^en of indien
deze Minister de uitoefening van de taak van de Kringraad aan zich heeft getrokken,
welke beide mogelijkheden bij de wet op de Bescherming Bevolking zijn voorzien.
Overigens ligt in oorlogstijd het optreden van de Bredase B.B.-organisatie buiten
de kring niet voor de hand; bij vredesrampen (b.v. watersnood) kan de B.B. ook
worden ingeschakeld en dan is er minder bezwaar aan een optreden buiten de gemeente
van vestiging. Overigens is het normale middel om hulp te verlenen in bepaalde
gemeenten waar in bepaalde omstandigheden het eigen apparaat tekort zou schieten:
de bijstand van rijkswege door de rijksmobiele colonnes, welke assistentie via
het provinciale B.B.commando dient te worden verzocht.
