GEMEENTE BREDA
éllj ((l
Bij volgno. 31a der agenda
Toelichting op het voorstel van Burgemeester
en Wethouders tot het geven van schadevergoe
ding aan A.Feskens voor grond in de Liniestraat
In 1947 heeft de gemeente in het Liniekwartier de Boerderij Kadijk 5 met Bijbeho
rende grond gekocht van W.Leenaars en M.van Gils. Deze Boerderij was aan A.Feskens ver
pacht. De pacht liep nog 3 jaren. Toen de gemeente de grond in gebruik nam is aan Fes-
kens geen schadevergoeding uitgekeerd aangezien de pachttermijn inmiddels was verstre
ken.
Daarna is steeds getracht Feskens tijdelijk te helpen. Tot drie maal toe heeft hij
grond van de gemeente zonder pachtcontract in gebruik gekregen, doch telkens heeft hij,
zodra hij de grond weer in behoorlijke staat had gebracht, de grond aan de gemeente
moeten terug geven, zonder dat van enige vergoeding sprake kon zijn. Door deze onge
lukkige omstandigheden heeft Feskens aanzienlijke schade geleden.
De laatste keer, dat hem grond in gebruik is gegeven, is geweest in maart 1954.
Toen is hem een gedeelte ter grootte van 1.50.00 h.a. van het perceel gemeente Breda
sectie D.no.1324, gelegen aan het Biesdohkswegje in gebruik gegeven met de bedoeling
hem dit stuk grond voor de wettelijke termijn van 6 jaren in pacht te geven. Op de
grond bevond zich een versleten boomgaard met ongeveer 50 fruitbomen. Het land was in
jaren niet bemest en verkeerde derhalve in slechte staat.
Feskens heeft om de grond weer in behoorlijke toestand te brengen voor 2700,-
kosten moeten maken n.l.
voor het kappen en verwijderen van de oude fruitbomen, het egaliseren van
het terrein en het omspitten van de grond aan arbeidsloon voor derden 500,-
aan stalmest 1200,-
aan kunstmest 1000,-
totaal 2700,-
Feskens heeft één oogst binnengehaald, doch de opbrengst hiervan is te compenseren met
de arbeid, welke hij zelf aan het in orde maken van de grond heeft besteed.
Hu de gelegenheid zich voordeed om in Prinsenbeek een boerderij te kopen, heeft
Feskens gemeend en terecht deze gelegenheid te moeten aangrijpen om zo doende aan de
onzekere toestand waarin hij nu al jaren verkeert een einde te maken.Aangezien hij
daartoe door toedoen van de gemeente genoodzaakt is, achten wij het redelijk,dat de ge
meente hem de aan do 150.00 ha. gemeentegrond bestede kosten vergoedt. Tegenover deze uit
gaaf staat voor de gemeente het voordeel, dat zij de beschikking heeft gekregen over
zwarte grond waarnaar grote vraag is bij de dienst van beplantingen.
Bij een bespreking van de kwestie Feskens door enkele heren van het Ministerie
van Landbouw en van.het bureau van de Rijkstuinbouwconsulent ter secretarie bleek, dat