GEMEENTE BREDA Volgno. 4 der agenda Bijlagen 1956 no69 8 februari 1956 v/402 Aanvullend pre-advies betreffende het voor stel van Burgemeester en Wethouders tot vast stelling van een nieuwe verordening op de heffing van vermakelijkheidsbelasting. AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. Cp 20 januari j.l. werden de plaatselijke bioscoopexploitanten in de gelegenheid gesteld hun gemotiveerd afgewezen verzoek d.d. 12 maart 1954, inzake verlaging van het belastingpercentage voor filmvoorstellingen, alsnog nader mondeling toe te lichten, Door hun woordvoerder - afgevaardigde van de bioscoopbond - werd medegedeeld dat niet wordt gevoeld ve-or het verstrekken van exploitatie-gegevenswaardoor aangetoond zcu moeten worden dat de financiële positie der bioscoopbedrijven in Breda een verla ging van de belasting nodig maakt; de verhoging der tarieven werd destijds ook,zonder inzage van bedrijfsresultaten, zonder meer opgelegd. Toegegeven werd dat het culturele peil der in Breda gebrachte programma's te wensen overlaat, doch dit zou te wijten zijn aan de hoge belasting, waardoor het financiële risico verbonden aan andere programma's niet kan worden genomen. In ons voorstel aan Uw College werd naar veren gebracht dat de Minister cp het standpunt staat dat de vraag, hoe hoog het percentage der vermakelijkheidsbelasting behoort te zijn, door de gemeentebesturen, dus plaatselijk, dient te worden beantwoord, doch, indien tot verlaging wordt overgegaan, hierin moet worden gecompenseerd door ver hoging van andere inkomsten of verlaging van uitgaven. Bestaat hiertoe de mogelijkheid niet dan zal in de rijksuitkering aar. de gemeenten hiermede slechts rekening worden gehouden, indien het een belastingverlaging betreft die geboden is. Wij blijven de mening toegedaan, dat - nu ons geen meer concrete gegevens ter be schikking werden gesteld waaruit het tegendeel zou kunnen blijken - de uit de belasting- cijfers af te leiden bedrijfsresultaten niet alleen niet tot de conclusie leiden dat belastingverlaging geboden is, doch tevens, dat ook in het verleden reeds meer aan dacht had kunnen worden besteed aan een meer verantwoord cultureel peil der programma's RNo2

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 146