J) Bij volgno. 5a der agenda nocrd - zuid-verbinding a. grondkosten 8060 m2 a 2,10 16.926,- b. riolering 520 m' 1,80 93.600,- c. aanleg en ophoging straat 8060 m2 a 15,- ƒ.1,25) 130.975,- d. Renteverlies 6 van a b 3.823.56 Totaal 245.324,56 Door de Algemene Dienst dient derhalve vergoed te worden 50 van 214.670,70 245.324,56) 229.997,63. 2. De omlegging van de Molenley en de aanleg van de bruggen behoren gerekend te wor den tot de grote werken. Daar de omlegging echter vooral geschiedt in verband met de bouwprojecten in de sector, ware 25 van de kosten ten laste van de sector te brengen en 75 ten laste van de Algemene Dienst De ten laste van de Algemene Dienst komende kosten bedragen dan 75 f° van 290.000,-, vermeerderd met 6 voor renteverlies f. 230.550.-. 3. Van de in de sector geprojecteerde plantsoenen heeft een vrij groet gedeelte (in de omgeving van de Heusdenhoutsestraathet karakter van stadspark. Het is daarom rede lijk, dat l/3 gedeelte van de plantsoenkosten ten laste van de Algemene Dienst komt. Het ten laste te brengen bedrag is dan: 0,33 x 14.36.70 x 2.10 4,- 1,25) 348.471,58 In totaal ware derhalve door de Algemene Dienst te vergoeden 229.997,63 230.550,- 348.471 .58 809.019,21. F. Opbrengst bouwterrein. Voor het bereiken van een sluitende exploitatie moet het bouwterrein dus in totaal opbrengen 5.961.400,- minus 809.019,21 5.152.380,79. De grond voor eengezins- en étagewoningen is op de eerste plaats te splitsen in die voor de bouw van 478 woningwetwoningen (oostelijk gedeelte van de sector) en de overige grond. De grondprijs voor de woningwetwoningen ware te stellen op ƒ.2.400,- per woning conform dc vastgestelde vergoeding voer de woningwetwoningen in het uit breidingsplan Liniestraat. Van de resterende grond is een gedeelte reeds verkocht aan Joh. Peeman Bouw- en Aannemingsbedrijf te Rotterdam, (zie ons voorstel van 4 april 1955, no. l/4367, Bij lagen no. 194) Voor de ten noorden van laatstgenoemd complex geprojecteerde eengezinswoningen zijn de bouwplannen reeds ingediend. Uit de ingediende plannen blijkt, dat de woningen breder worden dan de voor geschreven maat, op grond waarvan het redelijk is, dat voor de grond een prijs van 2.800,- per woning wordt berekend en voor de voor de overige eengezinswoningen bestemde grond een prijs van 2.500,- per woning. Voor de grond voor bejaarden woningen (type E in het uitbreidingsplan) ware een prijs van 1.500,- per woning aan te houden en voor de grond voor étagewoningen in 3 woonlagen (W lil) ƒ.1.600,- per woning. De grondprijs voor de garages kan gesteld worden op een uniforme prijs van 400,- per garage. Het villabouwterrein ware te verkopen voor 12,- per m2, welke prijs ook geldt voor soortgelijke grond in het westelijk gedeelte van het uitbreidingsplan Brabantpark A. De prijs voor het winkelterrein ware te stellen op 20,- per m2 en die voor grond voor bijzondere bebouwing op 12,- per m2. Laatstgenoemde prijs ligt ƒ.0,50 per m2 hoger dan die voor soortgelijke grond in het plan Brabantpark 0, doch deze verhoging is o.i., gezien de gestegen kosten van straataanleg etc. verantwoord.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 151