Bij volgno. 5c der agenda -4- AMBTSHALVE VERHINDERING artikel 12 Onjuist vastgestelde aanslagen kunnen ambtshalve worden verminderd of vernietigd zo lang niet sedert de aanvang van het belastingjaar drie jaren zijn verstreken. NAVORDERING artikel 13 1Indien enig feit grond oplevert voor het vermoeden, dat ten onrechte is afgezien van het vaststellen van een aanslag, dan wel een aanslag ten onrechte is vernie tigd of verminderd of een te lage aanslag is opgelegd, kan de te weinig geheven belasting worden nagevorderd, zolang niet sedert de aanvang van het belastingjaar drie jaren zijn verstreken. 2. Het na te vorderen bedrag wordt met een gelijk bedrag verhoogd, tenzij op grond van dwaling, verschoonbaar verzuim of niet aan de belastingplichtige te wijten oorzaken, redenen aanwezig zijn om deze verhoging niet toe te passen. 3. Indien de belastingplichtige .in gebreke is gebleven na het ontvangen van een waar schuwing van de chef van de afdeling Financiën, Onderwijs en Belastingen, binnen een door deze vast te stellen termijn, aangifte te doen overeenkomstig artikel 7, kan hij zich niet beroepen op dwaling, verschoonbaa,r verzuim of niet aan hem te wijten oorzaken, als bedoeld in het vorige lid. 4. In geval van ambtelijk verzuim zal geen verhoging, als bedoeld in het tweede lid van dit artikel, worden toegepast. Als zodanig wordt niet aangemerkt het achter wege blijven van de toezending van een aangiftebiljet als bedoeld in artikel 7» DELEGATIE artikel 14 Ingevolge het bepaalde bij s.rtikel 301 van de gemeentewet treedt voor de toe passing ten opzichte van deze belasting van de artikelen 297 en 299 dier wet in de plaats van de gemeenteraad, van burgemeester en wethouders en van de burgemeester, de chef van de afdeling Financiën, Onderwijs en Belastingen. KOHIEREN artikel 15 1Van de aanslagen van hen die volgens de voorafgaande bepalingen belasting ver schuldigd zijn, worden kohieren opgemaakt en door burgemeester en wethouders vast gesteld. 2. De aldus vastgestelde kohieren worden ter invordering aan de gemeente-ontvanger gezonden. 'VERZENDING AANSLAGBILJET artikel 16 1. De gemeente-ontvanger of die hem vervangt, zendt zo spoedig mogelijk, nadat hem een kohier, als in artikel 15 bedoeld, ter invordering is toegezonden, aan hen die daarop voorkomen, een aanslagbiljet, waarvan het model door burgemeester en wet houders wordt vastgesteld. 2. Indien het aanslagbiljet in het ongerede is geraakt, 2can op verzoek daarvan een duplicaat worden gemaakt en tegen betaling van tien cont aan de bela.stingschuldige worden uitgereikt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 27