GEMEENTE BREDA
voigno. 4 a
Bijlagen 1956
no243
2 mei 1956
V/8584
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wij
ziging van de verordening op de heffing en in
vordering ener belasting op toneelvoorstellin
gen en andere vermakelijkheden in de gemeente
Breda-r
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
gjl
In de op 5 februari j.l. vastgestelde verordening op de heffing ener vermake
lijkheidsbelasting wordt in artikel 4 onder III» a.» in de oppervlaktebelasting be
trokken het hebben van mechanische of automatische muziekinstrumenten, orgels, gra-
mafcons, band-recorders, juke-box, alsmede elektrische piano's en dergelijke en te
levisietoestellen. De oppervlaktebelasting hiervoor bedraagt per instrument of toe
stel voor elke 50 M2.belastbare oppervlakte van de lokaliteit per kalendermaand of
korter 3,-.
Van de zijde van de Horecabedrijven wordt thans opgeworpen, dat deze belasting
te zwaar op deze bedrijven gaat drukken. Tot dusver was - onverschillig of een of
meer instrumenten aanwezig waren - slechts voor één toestel de belasting verschul
digd.
In de laatste jaren komt het steeds meer voor, dat in dezelfde zaak naast een
bandrecorder (pick-upp) ook een juke-box en/of een televisietoestel aanwezig zijn.
Dit zijn onbetwist drie verschillende vermaaksmedia, aangeschaft met de bedoeling
hierdoor meer publiek te trekken en het rendement van het bedrijf te verhogen. Het
lijkt dus billijk onderscheid te maken in de belasting voor het hebben van ééndan
wel van twee of meer toestellen.
Om evenwel bovengenoemde bedrijven enigszins tegemoet te treden, zou het tarief
voor het hebben van meer dan één toestel lager belast kunnen worden.
Voorgesteld wordt het volgende nieuwe tarief in de verordening op te nemen:
voor het eerste instrument of toestel, voor elke 50 M2 belastbare opper
vlakte van de lokaliteit, per kalendermaand of korter 3,-
idem voor het tweede instrument of toestel 2,-
idem voor het derde instrument of toestel 1
R.No.^dem voor ieder instrument of toestel meer, eveneens 1,-