aan de raad der gemeente breda.
r.n0;2:
Bijlagen 1956
no._J£93
4 juli 1956
VI/12494
Preadvies van Burgemeester en Wethouders be
treffende van Gedeputeerde Staten dezer pro
vincie ontvangen brieven inzake de bezoldiging
van gemeente-secretarissen en -ontvangers en
ambtenaren van de burgerlijke stand.
Van Gedeputeerde Staten dezer provincie zijn een drietal brieven*) ontvangen,
waarbij te Uwer kennis wordt gebracht, dat voornoemd College voornemens is:
a. vast te stellen een besluit tot wijziging van het Bezoldigingsbesluit ontvangers?
b. vast te stellen een besluit tot verhoging van de bezoldiging van de ambtenaren
van de burgerlijke stand?
c. voor de secretarissen, ontvangers en ambtenaren van de burgerlijke stand een
gelijke voorziening te treffen als ten aanzien van het Rijkspersoneel in voor
bereiding is met betrekking tot de 3f° uitkering over 1955.
Ingevolge de artikelen 111, 114 en 183 van de Gemeentewet worden de jaarwed
den van de secretaris en de ontvanger en de bezoldiging van ambtenaren van de bur
gerlijke stand door Gedeputeerde Staten, nadat Uw College is gehoord, onder goed
keuring van de Kroon bepaald.
Kaar onze mening is er geen aanleiding tot het maken van opmerkingen.
Wij mogen U in overweging geven bovenbedoelde brieven voor kennisgeving aan
te nemen.
Burgemeester en Wethouders van Breda,
C.Kortmann burgemeester.
Van Woensel secretaris.
Liggen ter visie in de raadzaal