Volgno. 6 der agenda -2- vermeld De kosten van waterwinning zijn in de naoorlogse periode relatief sterker gestegen dan de opbrengsten. Naast de loonfactor, welke kostprijs verhogend heeft gewerkt, staan de belangrijke investeringen, welke als gevolg van de uitbreiding van de stad moesten wor den gedaan. De opbrengst uit de waterverkoop hield hiermede geen gelijke tred, temeer nu de tarieven ongewijzigd bleven. Tot en met 1954 kon een verlies bij het bedrijf worden voorkomen o.a. door dat het waterverlies, dat aanvankelijk 20r bedroeg, geleidelijk tot 8 kon worden teruggebracht, welk laatste percentage niet meer kan worden verlaagd. Toen deze factor ter verbetering van de produktiviteit werd uitgeschakeld ,kwam het verlies naar voren. Het verlies in 1955 57.935,- bedragende zou met de huidige tarieven voor 1957 tot rond 105.000,- oplopen. Hoewel wij in het belang van de volksgezondheid voorstaan, dat de tarieven op de kostprijs van het water zijn afgestemd en desnoods iets daaronder liggen, komt ons een dergelijk tekort onverantwoord voor. Was er dus reeds langer aanleiding om tot tariefsverhoging over te gaan, de onder handelingen met de N.W.Brabantse omtrent een eventuele tegemoetkoming aan de afnemers in het concessiegebied waren oorzaak,dat een voorstel tot tariefsverhoging tot nu toe werd aangehouden. Nu overeenstemming is bereikt kunnen ook de Bredase tarieven worden aangepast Bij het ontwerpen van nieuwe tarieven zijn wij uitgegaan van de gedachte, dat enige stabiliteit in de waterprijzen nodig is. De prijs voor het te verkopen water moet daarom zodanig worden gesteld, dat een sluitende exploitatie voor een iets langere periode ver zekerd is Het door ons ontworpen tariefstelsel, gebaseerd op het hiervoor omschreven uitgangs punt, komt op het volgende neer: a 1.Het abonnementsbedrag voor de kleinverbruikers wordt per jaar verhoogd als volgt: voor klasse I (woningen met 1 en 2 vertrekken) van 4,20 op 10,80 voor klasse II (woningen met 3 .vèrtrekken) van 7,20 op 16,80 voor klasse IIl(woningen met 4 vertrekken) van 9,- op 20,40 voor klasse IV (woningen met meer dan 4 vertrekken) van 10,20 op 22,80 2.Ben verhoging van het voor dit abonnementsbedrag toegelaten verbruik van 40 op 60 m3 per jaar. 3.De prijs van het meerverbruik wordt tot 152 m3 per jaar gebracht van 25 op 35 cent per m3. Boven 152 m3 blijft de prijs van 25 cent per m3 gehandhaafd. B Aan bedrijven en instellingen van algemeen belang wordt een abonnementsbedrag van 22,80 per jaar in rekening gebracht, waarvoor 60 m3 per jaar kan worden verbruikt. Voor het verbruik boven 60 m3 tot 152 m3 per jaar wordt 35 ct per m3 berekend. Boven 152 en tot 1000 m3 bedraagt het tarief 25 cent. Met de onder a en B vermelde verhoogde tarieven wordt voor 1957 een meerdere op brengst van 145.000,- en een winst van 40.000,- vernacht. C De grootverbruikers worden volgens de huidige verordening gerangschikt onder de hiervoor genoemde groep B en betalen voor een verbruik boven 1000 m3 per jaar 20 cent per m3. Bij toepassing van dit tarief zijn met de grootste verbruikers moeilijkheden gerezen waarom Uw Raad bij besluit van 14 februari 1951 ons college heeft gemachtigd om voor de abonnees met een verbruik boven 10.000 m3 per jaar afzonderlijke contracten te sluiten. Daar echter ook een uniform tarief van 20 cent per mp bij een verbruik van 1000 - 10000 m3 te star is en het daarenboven in verband met de verschillende aard der aanslui tingen moeilijk is een tariefstelsel in te voeren stellen wij U voor de grens naar 1000 m3 te verleggen. In totaal betreft het dan 32 aangeslotenen. De meerdere opbrengst,welke verwacht wordt uit een herziening van de grootverbrui kerstarieven wordt geschat op 15.000,-. De totale winst van het waterleidingbedrijf wordt als gevolg van de hier voorgestelde wijzigingen voor 1957 geraamd op rond 55.000,- Dit bedrag impliceert onzes inziens voldoende speling om enige toekomstige kostenstij gingen op te vangen. Een vergelijkend overzicht van de hier voorgestelde tarieven, waarmede, voor zover dit thans kan ;rorden bezien, een behoorlijke exploitatie wordt verkregen en de huidige tarieven van de N.N.Brabantse is voor U ter visie gelegd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 752