«li f
Bij volgno. 35 her agenda
_9_
Artikel 27.
1Vóór 1 juli zendt het dagelijks bestuur een afschrift van de
door de penningmeester overgelegde en ondertekende rekening
over het voorafgaande jaar, vergezeld van de nodige toelich
tingen en specificaties, alsmede van het in artikel 15 ge
noemde verslag, aan de raden der aangesloten gemeenten en
de besturen van de deelnemende rechtspersonen. Het voegt daar
bij een verslag van degene, die overeenkomstig 21 lid 4 niet de
controle is belast, opgemaakt naar aanleiding van diens onder
zoek naar de deugdelijkheid der rekening.
2. Elk dezer raden of besturen kan binnen twee maanden, nadat
hem de afschriften zijn toegezonden, bij de ledenraad schrif
telijk bezwaren indienen.
3. 2o spoedig mogelijk na het verstrijken van de in het tweede
lid genoemde termijn onderzoekt de ledenraad de rekening en
stelt haar voorlopig vast.
4. Met een afschrift van de bij de ledenraad ingebrachte bezwa
ren wordt de rekening vervolgens ter vaststelling aan Gedepu
teerde Staten opgezonden.
5. Het dagelijks bestuur deelt de beslissing van Gedeputeerde
Staten inzake de vaststelling der rekening zo spoedig moge
lijk mede aan de deelnemers.
Artikel 28.
Het besluit tot vaststelling der rekening strekt, voor zover de
daarin opgenomen bedragen betreft, aan het dagelijks bestuur en
de penningmeester tot décharge, behoudens later in rechten ge
bleken valsheid in bewijsstukken of andere onregelmatigheden.
par. S. Uittreding,wijziging en opheffing.
Artikel 29.
Uittreding; 1De raad van een aangesloten gemeente en het bevoegde orgaan van
een deelnemende rechtspersoon kunnen te allen tijde besluiten
*H| ,fi uit deze regeling te treden.
2. Van een besluit tot uittreding wordt binnen veertien dagen, na
dat het is genomen, bij een aangetekende brief mededeling ge
daan aan de voorzitter. De voorzitter geeft van de ontvangst
van deze mededeling onverwijld kennis aan de overige deelne
mers.
3. Besluiten, als bedoeld in het eerste lid worden van kracht met
ingang van 1 januari van het tweede jaar na het jaar, waarin
zij door de Kroon zijn goedgekeurd.
4. Bovendien eindigt de deelneming steeds aan het einde van het
jaar, waarin een deelnemer ophoudt, gas ten behoeve van de
openbare gasvoorziening te produceren en/of te distribueren.
Bij twijfel, of dit geval zich voordoet, beslist de ledenraad.
5. Bij uittreding stelt de ledenraad, onder goedkeuring van Ge
deputeerde Staten, de financiële verplichtingen van het uit
getreden lid tegenover het lichaam vast.
Artikel 30.
.Wijziging en opheffing; 1 Wijziging of opheffing van deze regeling kan slechts geschie
den bij besluit van de raden resp.besturen van tenminste 2/3
van het aantal bij de regeling aangesloten deelnemers, ver
tegenwoordigende -J der uit te brengen stemmen.
Rekening:
Décharge