GEMEENTE BREDA
Bijlagen 1956
no. 498
27 september 1956
V/17904
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Wij doen U hierbij ter vaststelling toekomen de ontwerp-begrotingen voor het
jaar 1957 van de algemene dienst, alsmede die van de takken van dienst ten aanzien
waarvan artikel 252 der gemeentewet is toegepast. Ter goedkeuring wordt U hierbij
aangeboden de begroting 1957 van de burgerlijke instelling voor Maatschappelijke
Zorg. De begrotingen zijn van afzonderlijke toelichtingen voorzien.
I. Algemeen begrotingsbeeld
Voor het vijfde opeenvolgende jaar, wordt U thans wederom een begroting aan
geboden, welke niet sluitend kan worden gemaakt met de beschikbare middelen. Dit
wekt geen verwondering nu de uitkeringen uit het gemeentefonds voor deze gemeente
in vergelijking met soortgelijke gemeenten nog steeds ten achter blijven, de op
bouw van het gemeentelijk apparaat voor een stad van meer dan 100,000 zielen in
een zeer dure tijd moet geschieden, terwijl daarnaast het eigen belastinggebied
dermate beperkt is, dat de middelen om een redelijk voorzieningspeil te bereiken,
ontbreken. Dit tekort aan dekkingsmiddelen zal zich bij het ontbreken van een be
hoorlijke regeling op langere termijn, in de komende jaren herhalen, omdat het
inhalen van de achterstand geleidelijk dient te geschieden. Zoals hieronder nader
zal blijken is de stijging van de eigen inkomsten van nagenoeg geen betekenis en
het eigen belastinggebied is te beperkt om de in de toekomst nodige belangrijke
bedragen op te vangen.
De bedragen, nodig voor het in 1957 te bereiken voorzieningspeil, konden
dan ook voor een bedrag van 2.463.697,- niet door de beschikbare inkomsten wor
den gedekt.
Wijze van raming
Bij de opstelling van de begroting 1957 is op een iets andere wijze te werk
gegaan dan in vorige jaren. Voorheen werden alle uitgaven in de primitieve begro
ting opgenomen, ook indien op het tijdstip van indiening hiervoor niet voldoends
dekkingsmiddelen aanwezig waren.
Het tekort aan dekkingsmiddelen werd dan aangevuld door de opname van een post
voor een extra uitkering uit het gemeentefonds.
Voor 1957 is in deze methode in zoverre wijziging gebracht dat allereerst
- mede in verband met een desbetreffende wens van de Minister van Binnenlandse
Zaken - een sluitende begroting is opgesteld; een begroting welke sluitend is
RNo2