Bij volgno. 25 der agenda -5- 3) Indien de gemeenteraad Besluit tot vervallenverklaring van het erfpachtsrecht stelt hij tevens de dag vast, waarop dat recht geëindigd zal zijn en de grond met de opstallen ter vrije beschikking van de gemeente gesteld moet worden. Tussen de dag van het raadsbesluit en de dag, waarop het erfpachtsrecht eindigt, moet een tijdruimte van tenminste drie maanden liggen. 4) Binnen veertien dagen na de dag van het raadsbesluit wordt aan de erfpachter en aan de hypotheekhouders bij deurwaardersexploit kennis gegeven van dat besluit. 5) Indien vóór de bij het raadsbesluit vastgestelde dag, waarop het erfpachtsrecht geëindigd zal zijn, do oorzaak der vervallen-verklaring weggenomen wordt en vóór die dag bovendien aan de gemeente vergoed worden de kosten van de volgens dit artikel gedane kennisgevingen, verliest het raadsbesluit zijn kracht en wordt het geacht niet te zijn genomen. 6) Is de termijn ongebruikt voorbijgegaan, dan is het erfpachtsrecht geëindigd op de bij het raadsbesluit vastgestelde dag. 7) De gemeente is bevoegd, indien het erfpachtsrecht op de in dit artikel bedoelde wijze eindigt, daarvan te doen blijken in de openbare registers met verwijzing naar het raadsbesluit en naar de volgens dit artikel aan de erfpachter gedane kennisgeving, waartoe de erfpachter nu voor alsdan de gemeente onherroepelijk machtigt om alle akten en stukken op te maken en te ondertekenen, welke nodig mochten zijn om te bereiken, dat het betreffende vast goed weder vrij van erf pacht en in volle eigendom ten name van de gemeente Breda zal worden gesteld. 8) Bij vervallen-verklaring van het erfpachtsrechtin de gevallen als in dit ar tikel bedoeld, is de gemeente Breda niet tot enige restitutie verplicht van de door de erfpachter betaalde bedragen aan rente en aflossing van de hierna sub B te omschrijven overeenkomst van geldlening, onverminderd het recht van de gemeente op schadevergoeding, voortvloeiende uit de nalatigheid van de erfpach ter alles echter behoudens de eventuele verplichting tot verkoop of verrekening door de gemeente Breda met de erfpachter, hierna sub 10 te omschrijven. 9) Indien de erfpachter van zijn recht is vervallen verklaard, zal de gemeente wederom de volle en vrije beschikking hebben zowel over de grond als over de opstallen en zal zij alsdan daarmede vrij en naar eigen goeddunken kunnen han delen, behoudens het hierna sub 10 bepaalde. 10) Indien de gemeente Breda, na vervallen-verklaring van het erfpachtsrecht als hiervoor bedoeld, op zeker tijdstip de volledige hoofdsom der sub B te omschrij ven overeenkomst van geldlening met alle verschenen en lopende renten daarvan, alsmede alle eventueel verschuldigde boeten, zowel die bedongen bij de overeen komst sub A als bij die sub B, mocht hebben ontvangen, is zij verplicht binnen zes maanden na bedoeld tijdstip voormeld perceel industrieterrein met de daar op gebouwde industrie-hal, te verkopen aan Donka, op welke verkoop artikel 22, met uitzondering van lid 3, alsdan volledig van toepassing is. De gemeente is in dit geval niet verplicht tot oplevering vrij van huur en/of onbezwaard met zakelijke rechten. Bij aldien de gemeente Breda op het in de vorige alinea bedoelde tijdstip voor meld perceel industrie-terrein met de daarop gebouwde industriehal reeds mocht hebben verkocht aan een derde, is zij verplicht binnen drie maanden na dat tijd stip de koopsom, na aftrek van do waarde van de grond, berekend tegen vijf gul den vijf en zeventig per vierkante meter, uit te keren aan de Donka. nrtikcl 22. 1De erfpachter heeft een recht tot koop van de in erfpacht gegeven grond en de industriehal gedurende de periode, waarvoor het erfpachtsrecht wordt verleend5 de erfpachter hoeft de plicht tot koop van d^rond en de industriehal uiterlijk bij het verstrijken van de periode, waarvoor het erfpachtsrecht werd verleend; in beide gevallen tegen een prijs van vijf gulden vijf en zeventig cent per vierkante meter voor de grond, terwijl de industrie-hal zonder enige vergoeding in de overdracht is begrepen, mits in het eerste geval, vóór of gelijktijdig met de koop, de hoofdsom der hierna sub B te omschrijven geldlening, zoals deze als dan per resto zal blijken te bestaan, met alle verschenen en lopende renten door

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 83