Bij volgno. 25 der agenda -7- recht van de gemeente op schadevergoeding, voortvloeiende uit de nalatigheid van de erfpachter; alles echter behoudens de eventuele verplichting tot verkoop of 'verrekening door de gemeente Breda met de erfpachter, hierna sub 4 te om schrijven. 3) De erfpachter is verplicht in de omstandigheden als bedoeld in lid 1 van dit artikel de grond met de opstallen in goede staat en ter vrije beschikking van de gemeente te stellen, die alsdan daarmede vrij en naar eigen goeddunken zal kunnen handelen, behoudens het hierna sub 4 bepaalde. 4) Indien de gemeente Breda, nadat zich een der gevallen heeft voorgedaan als be doeld in lid 1 van dit artikel, op zeker tijdstip de volledige hoofdsom der sub B te omschrijven overeenkomst van geldlening, met alle verschenen en lopende ren ten daarvan, alsmede alle eventueel verschuldigde boeten, zowel die bedongen bij de overeenkomst sub A als bij die sub B mocht hebben ontvangen, is de gemeente Breda tot dezelfde verplichtingen gehouden als zijn omschreven in artikel 21 lid 10 dezer voorwaarden. Artikel 24. Onder opstallen verstaan deze voorwaarden de op of in de grond aanwezige onroerende goederen met uitzondering van machines, machinedelen, onderdelen van werktuigen, alsmede hunne bevestigingen en geleidingen, voor zover deze niet mede constructieve delen van de gebouwen zijn. Artikel 25. 1) Indien de erfpachter een termijn, binnen welke hij een verplichting nakomen moot, ongebruikt laat voorbijgaan, is hij door het enkel verloop van de termijn in ge breke, zonder dat daartoe een ingebrekestelling vereist wordt; 2) Burgemeester en Wethouders kunnen verlenging van in deze voorwaarden bepaalde termijnen voor het inleveren van stukken en afwijking van de bij deze voorwaar den behorende formulieren toestaan. Artikel 26. Do kosten verbonden aan het opmaken van de erfpachtsakte en die van de overschrij ving daarvan moeten door de erfpachter worden betaald. Artikel 27. De gemeente zal, tenminste twee jaar voor de beëindiging der erfpacht, de erfpachter bij deurwaardersexploot aan deze beëindiging herinneren en aan de koopplicht, welke voor erfpachter ontstaat bij het verstrijken van de periode, waarvoor het erfpachts- recht werd verleend. Aan verzuim van het uitbrengen van bedoeld deurwaardersexploit is geen rechtsgevolg verbonden. Voorwaarden betreffende een te sluiten overeenkomst van geldlening. Met Donka wordt een overeenkomst van geldlening aangegaan, tengevolge waarvan zowel Doiika als de Directeur van Donka, de heer Berend Nijeholt in privé, tezamen hierna te noemen "schuldenaren", wegens op verschillende tijdstippen tijdens de bouw van de industriehal ter leen ontvangen golden schuldig zullen zijn aan de gemeente Breda een nader vast te stollen bedrag, gelijk aan de som van de van do gemeente voor. de bouw van de industriehal ontvangen bodragen, welke geldlening is geschied onder de navolgende bepalingen: a. bij het passeren der notariële akte, waarbij de voorwaarden van dez^ geldlening- worden vastgelegd zullen de schuldenaren aan de gemeente betalen 10^ van het ter leen ontvangen bedrag, vervolgens zullen zij jaarlijks in twaalf gelijke termijnen op de eerste werkdag van iedere maand, voor de eerste maal op de 1ste van de maand volgende op de datum van het verlijden van de notariële akte aan de gemeente Breda een vast bedrag betalen, zijnde zeven en een half procent van het ter leen ontvan gen bedrag, welk bedrag telkens in twee gedeelten zal worden gesplitst, te weten een gedeelte rente, berekend naar drie en een half procent per ja.ar over de hoofd som of het restant daarvan en een gedeelte aflossing, zodat derhalve het bedrag der rente jaarlijks vermindert en dat da-aflossing stijgt;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 85