GEMEENTE BREDA
Volgno. 4 der agenda
Bijlagen 1957
no. 83
6 maart 1957
V/4320
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging van de verordening op de heffing
van legesgelden in de gemeente Breda.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
I. De door de Minister van Buitenlandse Zaken aan de Burgemeester verleende be
voegdheid tot het zelfstandig afgeven van paspoorten, maakt het noodzakelijk de
heffing van gemeentelijke leges op paspoorten te wijzigen.
Toen de afgifte van paspoorten nog geschiedde door de Commissaris der Koningin,
bedroegen de totale kosten voor een paspoort ƒ6,- waarvan 2,50 rijksleges voor
het beschikbaar stellen van het paspoort, ƒ2,- provinciale leges voor het schrij
ven en administreren van het paspoort en 1,50 gemeentelijke leges voor de be
middeling bij de aanvraag, het politie-onderzoek en de uitreiking van het paspoort.
Nu de gemeente zelfstandig paspoorten uitreikt ,zijn de provinciale leges ver
vallen, zodat een paspoort thans 4,~ kost. Dit betekent voor het puoliek derhalve
een kostenbesparing van 2,- en bovendien het voordeel, dat zelfs in het drukke
zomerseizoen op korte termijn een paspoort kan worden verkregen.
De zelfstandige afgifte van paspoorten betekent echter een begrijpelijke werk-
uitbreiding. Wij zijn van mening, dat het thans geldende tarief van 1,50 niet vol
doende is om de kosten, aan de afgifte verbonden, te dekken. Een aanwijzing voor de
juistheid van deze veronderstelling is ook, dat 10 van de 11 gemeenten, welke zelf
standig paspoorten afgeven, 2,- of meer gemeentelijke leges in rekening brengen.
Een verhoging van de gemeentelijke leges voor de afgifte en verlenging van paspoor
ten tot 2,- is daarom gewenst en gerechtvaardigd.
De meeropbrengst hiervan wordt geraamd op ruim 4000,- per jaar.
Eveneens is het gewenst een klein bedrag t.w. 0,50, te heffen voor het aan
brengen van wijzigingen of aanvullingen in paspoorten.
Voor de afgifte van een collectief paspoort door de Commissaris der Koningin
was vroeger vereist een collectief bewijs van Nederlanderschap, af te geven door
de Burgemeester van de gemeente, waar betrokkenen in het bevolkingsregister waren
opgenomen. Volgens de gemeentelijke legesverordening was voor een dergelijk be
wijs per naam aan leges verschuldigd 0,50 en voor minderjarigen reizend in school-
of verenigingsverband 0,05 per naam. De provinciale leges bedroegen daarenboven
voor beide categorieër^ 0,25 per naam.
Nu de Burgemeester bevoogd is collectieve paspoorten af te geven, waardoor de pro
vinciale leges zijn vervallen, ware hiervoor thans een legesbedrag van 0,50 per
naam vast te stellen, met een reductie van 5QA voor minderjarige personen, uitslui
tend in school- of verenigingsverband reizend.
