-3- Bij volgno. 4 der agenda. 2. Hij is, overeenkomstig de opgaven van de administrateur belast met de tij dige invordering van alle inkomsten van de dienst, waarvoor hij, voor zover ze niet per postwissel worden ontvangen, door hem ondertekende kwitanties afgeeft. 3. Hij zorgt voor een tijdige betaling van schulden ten laste van de dienst. 4. Hij doet geen betaling dan nadat de betreffende rekeningen of andere beschei den voor "gezien" zijn getekend door de directeur of diens gemachtigde. 5. Burgemeester en Wethouders kunnen bepalen dat betalingen eerst geschieden na dat deze door hen of door een door hen aangewezen lid van hun College, blij kens schriftelijk gegeven bewijs zijn toegestaan. 5. a. De betalingen geschieden, tenzij betaald wordt door middel van de Post- chèque- en Girodienst, tegen kwitantie, b. Het gestelde onder a. lijdt uitzondering ten aanzien van kleine uitgaven, waartoe geacht worden te behoren die voor porti, vrachten, e.d.. Evenwel moeten deze kleine uitgaven, indien zij een bedrag van ƒ.10.- te boven gaan door kwitanties gestaafd worden. Artikel 10. 1. De boekhouding wordt door de administrateur gevoerd naar de methode van dub bel boekhouden. 2. Zij moet zodanig zijn ingericht dat daaruit steeds de voor een juiste bedrijfs voering benodigde gegevens, alsmede een volledig overzicht van de bezittingen, en schulden en een gedetailleerd overzicht van de uitkomsten der exploitatie kunnen worden samengesteld. 3. Burgemeester en Wethouders kunnen omtrent de inrichting van de boekhouding en de bewaring van gelden en geldswaardige papieren nadere voorschriften geven. Artikel 11. 1. De Directeur dient jaarlijks, vóór een door Burgemeester en Wethouders te be palen datum, ingericht en toegelicht als in de bij of krachtens de gemeentewet vastgestelde regelen is bepaald, de ontwerp-begroting van de dienst voor het volgend dienstjaar bij Burgemeester en Wethouders in. Zij wordt voor "gezien" getekend door de administrateur. Zij wordt jaarlijks tegelijk met de gemeentebegroting aan de Raad aangeboden, 2. De administrateur dient jaarlijks, vóór een door Burgemeester en Wethouders te bepalen datum, ingericht en toegelicht als in de bij of krachtens de ge meentewet vastgestelde regelen is bepaald en door hem ondertekend, de rekening van de dienst over het afgelopen dienstjaar bij Burgemeester en Wethouders in. Zij wordt voor "gezien" getekend door de directeur. De verantwoording aan de Raad bedoeld in artikel 265 der gemeentewet, doen Burgemeester en Wethouders tegelijk met die bedoeld in artikel 255 der gemeen-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1957 | | pagina 206