Volgno. 19 der agenda De voorwaarden, welke naar onze mening aan de subsidies zouden moeten worden ver bonden, hebben wij - voor zover deze in dit algemene kader zijn te bepalen - in een bij lage, behorende bij dit voorstel opgenomen. In die bijlage hebben wij tevens vermeld enige criteria, waaraan wij ter voorberei ding van ons advies aan Uw college de aanvragen mede zullen toetsen. Het zal duidelijk zijn, dat van de redenen waarom wel of niet aan deze criteria aandacht is geschonken ons advies zal afhangen. I Wij meenden indertijd ons standpunt, zoals hierboven geschetst, in een schrijven, gedateerd februari 1955> aan belanghebbenden te moeten mededelen en ons toen nog in ver band met het onderzoek, dat aan het Hoogveldinstituut te Nijmegen was opgedragen, van een voorstel aan Uw raad te moeten onthouden. Dit schrijven heeft het bestuur van het Stedelijk Maatschappelijk Centrum doen be sluiten een commissie in het leven te roepen, welke tot taaie kreqg een stedelijke coör dinering der plannen te bewerkstelligen. De bevindingen van deze commissie zijn in een uitvoerig rapport neergelegd, hetwelk in oktober j.l. aan ons college werd aangeboden. Bovengenoemd schrijven en dit rapport liggen voor Uw raad ter visie. Thans acht ons college het niet langer verantwoord met een voorstel aan Uw raad te wachten. Wij zijn er ons van bewust, dat het aanvaarden van bovengestelde normen belangrijke financiële consequenties voor de gemeente kan hebben, omdat thans noch het aantal noch de vast te stellen waarden van de bestaande en nog te stichten gebouwen exact zijn be paald Het is eveneens duidelijk dat de moeilijke financiële situatie van het ogenblik en de financiële mogelijkheden van de gemeente een zeer belangrijke rol spelen bij de rea lisatie van plannen. Het urgentieplan dient hierop te worden afgestemd, de opzet der plannen zal niet luxueus kunnen zijn en tenslotte zal riet iedere aanvraag om medewerking dadelijk in behandeling kunnen worden genomen. Desondanks menen wij U in bovenstaande zin te moeten adviseren, omdat op deze wijze in betekenende en - naar het ons voorkomt - voor het moment ook voldoende mate kan wor den tegemoetgekomen in een behoefte, waarvan de oplossing een essentiële voorwaarde is voor het beriaan van een gezond gemeenschapsleven dat niet hoog genoeg'kan worden gewaar deerd en voor de verdere emancipatie van grote delen der bevolking een betekenisvol ele ment is. Wij zijn er ook van overtuigd dat deze wijze van subsidiëring indirect ten goede komt aan de zeer talrijke en verscheiden organisaties, welke van het bedoelde soort gebouwen gebruik maken - en krachtens hun aard gebruik moeten maken - en welke uit de geringe contri buties eigenlijk niet of slechts ten dele de voor een redelijke exploitatie noodzakelijke zaalhuren kunnen opbrengen. Indien Uw raad zich met ons voorstel kan verenigen, verwachten wij, dat de ontwikke ling van, de medewerking aan, alsmede de belangstelling en de financiële bijdragen voor het verenigingswerk in het algemeen - maar vooral voor het vomende en recreatieve, d'at zo elementair noodzakelijk en belangrijk is - een sterke stimulans zullen ondervinden. De daartoe naar onze overtuiging noodzakelijke onderlinge samenwerking zal door ons 121 het bijzonder op grond van de richtlijnen 4- en 5 worden bevorderd. Wij stéllen U derhalve voor: I. in principe het door ons terzake voorgestelde beleid te aanvaarden; II. de in de aanvang bedoelde subsidieverzoeken om nader advies in handen van ons college te stellen. Burgemeester en Wethouders van Breda, C. Kortmann burgemeester. Van Woensel secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1957 | | pagina 260