GEMEENTE BREDA Volgno.21 der agenda
"bijlagen 1957
no. 142
10 april 1957
V/4903
Preadvies van Burgemeester en Wethouders op
een schrijven van H.P. Dielemans.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
In de vergadering van 13 februari j.l. stelde Uw college ons een schrijven in
handen van H.P. Pielemans, met verzoek hierover een preadvies uit te brengen.
De brief van de heer Dielemans betreft in de eerste plaats de vordering van het
pand Vredenburchstraat 20 en in de tweede plaats de overdracht van enige strookjes
grond aan de Valkenierslaan.
Wat de eerste kwestie betreft delen wij mede, dat het besluit tot vordering van
het pand Vredenburchstraat 20, eigendom van adressant door Gedeputeerde Staten dezer
provincie is vernietigd, nadat hiertegen door hem verzet was gedaan bij genoemd
College. Wij hadden dit pand gevorderd voor een gezin bestaande uit vier personen,
terwijl adressant het wilde bestemmen voor het gezin van zijn pleegdochter, bestaan
de uit twee personen, doch waarvan de echtgenote naai- en kniplessen geeft. Dat door
de vorderings-procedure genoemde woning een tijdlang heeft leeggestaan is een nor
maal gevolg van de houding van adressant om niet mede te werken aan de door ons ge
wenste doelmatige verdeling van woonruimte.
Het ligt niet op de weg van de gemeente hem voor het leegstaan van het pand een
schadeloosstelling te geven.
Wij leggen de beslissing van Gedeputeerde Staten d.d. 12 december 1947 voor
ter visie.
Ten aanzien van de tweede kwestie merken wij op, dat de gemeente in het alge
meen niet betaalt voor het overnemen van kleine stukjes grond bestemd voor straataan-
leg. Wel is zij bereid om voor haar rekening op de nieuwe weggrens een afscheiding
passende in het straatbeeld, te plaatsen. Onzes inziens is dit standpunt juist, omdat
de grond nodig voor verbreding van trottoirs voor de eigenaren praktisch waardeloos
is. Dit houdt overigens niet in, dat op deze rogel geen uitzondering mogelijk is,