GEMEENTE BREDA Volgno. 29 der agend;
bijlagen 1957
no. 156
10 april 1957
P/591 2
Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging van de Kindertoelageverordening 1955.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
In het kader van de algemene salarisverhogingen, welke in de loop van 1956
tot stand zijn gekomen endoor middel v-n salaristoeslagen per.1 januari 1957 in de be
zoldigingsregelingen voor het overheidspersoneel zullen worden opgenomen, is
blijkens ministeriële circulaires mede de tot standkoming te verwachten van een
Koninklijk Besluit, waarbij
a) in artikel 21 van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1948 het
minimum en het maximum van de procentuele kindertoelage (3$ van do bezoldiging),
en
b) in artikel 21a van dat besluit de toeslagen, welke daarenboven vanaf het tweede
kind worden verleend,
met 10$ zullen worden verhoogd.
Ook de wettelijke kinderbijslag is (vanaf 1 oktober 1956) met een dergelijk
percentage toegenomen.
Wij hebben hierin aanleiding gevonden U voor te stellen de tabel behorende
bij artikel 4 van de Kindertoelageverordening 1955 te wijzigen als in bijgaand
ontwerp-besluit is aangegeven.
Behoudens afrondingen van geringe betekenis zijn alle bedragen van de vroe
gere tabel met 10$ verhoogd.
De Commissie van overleg is over dit ontwerpbesluit gehoord.
Wij merken hierbij op, dat wij geen aanleiding hebben gevonden in de gemeen
telijke kindertoelageregelingen beperkingen aan te brengen, als genoemd in de hier
bij gevoegde circulaire van Gedeputeerde Staten van 13 februari 1957 G.no.68578*)