Bij volgno. 21 der agenda
-3-
Inkomsten
1Financiële verhouding
a. Algemene uitkering
De algemene uitkering is oorspronkelijk geraamd op 2.393.670,-, welke raming is
gebaseerd op een basis-bedrag per inwoner van 20,71 en een uitkeringspercen
tage van 120. Daarnaast was een subjectieve verhoging geraamd van 5.124.706,-.
Het basis-bedrag van de algemene uitkering is naar aanleiding van het verzoek om
verhoging voor 1955 verhoogd tot 37,- per inwoner, terwijl het uitkeringsper
centage na diverse herzieningen uiteindelijk is vastgesteld op 140. De werke
lijke opbrengst van de algemene uitkering heeft bedragen 5.078.990,- derhalve
rond 440,000,- lager dan was geraamd voor algemene uitkering en subjectieve
verhoging. Het reëele resultaat van het verzoek om verhoging van de algemene uit
kering voor 1955 kan worden gesteld op
14$ van 98,050 x 37,- - 20,712.236.128,-.
b. belastinguitkering
De opbrengst van de belastinguitkering was oorspronkelijk geraamd op 1.215.963,-,
welke raming was gebaseerd op een basis-bedrag per inwoner van 12,72 en een uit
keringspercentage van 99t« Ter compensatie van de hogere inkomsten in verband met
gedeeltelijke afschaffing en vermindering van schoolgelden is het basis-bedrag
verhoogd tot 17,10.
In verband met de ruimer beschikbaar gekomen middelen voor het doen van de be
lastinguitkering is het uitkeringspercentage nader vastgesteld op 122. Door
deze wijzigingen heeft de opbrengst de oorspronkelijke raming met 829.000,-
overtroffen.
Tegenover deze meer-opbrengst staat echter het vervallen van de op de diverse
paragrafen van Hoofdstuk VIII geraamde rijksbijdragen krachtens de vroegere
compensatieregeling. Recapitulerend kan de navolgende opstelling worden gemaakt.
Begroting 1955 Rekening 1955
algemene uitkering 2.393.670,- 5.078.990,-
subjectieve verhoging van de algemene uit
kering 3.124.706,-
belastinguitkering 1.215.963,- 2.045.519,10
bijdrage van het rijk in verband met de
afschaffing van schoolgelden 120.500,-
6.854.839,- 7.124.509,10
6.854.839.-
Meor opbrengst financiële verhouding 269.670,10
2. Hoofd-som en opcenten van rijksbelastingen
Begroting 1955 Rekening 1955
Grondbelasting (Hoofdsom en opcenten) 642.800,- 685.896,82
Personele belasting (idem) 242.000,- 374.540,19
Compensatie i.v.m. de verlaging van de
personele belasting (Hoofdsom en opcenten) 265.650.- 113.468,10
ƒ1.150.450,- ƒ1.173.905,11
a. Grondbelasting
Bij de raming van de opbrengst door de Inspecteur van Belastingen is niet vol
doende rekening gehouden met de uitbreiding van de bebouwing.
b. Personele belasting
De gegevens voor de raming van de opbrengst worden verstrekt door de Inspecteur
van Belastingen. De afwijking van de werkelijke opbrengst t.o.v. de oorspronke
lijke raming is een gevolg van de te lage raming van de Inspecteur.
c. Compensatie uitkering personele belasting
Voor de in 1953 ingevoerde verhoging van de personele belasting is een compen
satieregeling vastgesteld, op grond waarvan de gemeenten schadeloos worden ge-