GEMEENTE BREDA Ï0le10 7 der agenda 1 Bijlagen 1957 no. 355 9 oktober 1957 V/14435 Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het voe ren van rechtsgedingen met eigenaren van percelen gelegen in de onteigeningsplannen Boeimeer N.O. en Valkenstraat. AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA. Bij Uw besluit d.d. 15 februari 1956 werd voor een tweetal percelen, gelegen in het partieel uitbreidingsplan Boeimeer 1951 N.O. een onteigeningsplan vastgesteld. Dit besluit is door de Kroon goedgekeurd bij besluit van 24 september 1956 no.15. De werkingsduur van dit Koninklijk besluit is bij Koninklijk besluit d.d. 23 juli 1957 no. 138 verlengd tot 24 maart 1958. Dit betekent dus, dat de gemeente vóór laatstgenoemde datum de eigendom van de in het onteigeningsplan opgenomen percelen moet hebben verworven of de eigenaren moet hebben gedagvaard. Naar het zich laat a;nzien, zal het niet mogelijk zijn de in het onteigenings plan gelegen percelen vóór 24 maart 1958 in eigendom te hebben, zodat de mogelijkheid er moet zijn een rechtsgeding tot onteigening te voeren, wij stollen U daarom voor tot het voeren van de nodige rechtsgedingen te besluiten, overeenkomstig het tor visie gelegde ontwerp-besluit Voorts besloot Uw Raad op 11 mei 1955 een onteigeningsplan vast te stellen voor een aantal percelen gelegen aan de Bouwerijstraat en de Valkenstraat. Dit plan werd door Uw college gewijzigd op 16 november 1955 en daarna door de Kroon goedgekeurd bij besluit van 15 februari 1956 no. 14. De werkingsduur van dit Koninklijk besluit werd bij Koninklijk besluit d.d. 27 december 1956 no. 8 verlengd tot 15 februari 1958. Ook hier zal de gemeente dus voor laatstgenoemde datum de eigendom van de percelen moeten hebben verkregen of de eigenaren moeten hebben gedagvaard. Hoewel een aantal percelen reeds is aangekocht en met enige eigenaren overeen stemming over de aankoop is bereikt, zal het voeren van een rechtsgeding in een of meer gevallen noodzakelijk zijn. Wij stellen U voor hiertoe te besluiten overeenkomstig het ter visie gelegde concept. Uiteraard zullen wij tot het voeren van een procedure slechts overgaan indien op generlei wijze een voor de gemeente aanvaardbare oplossing kan worden verkregen. Burgemeester en Wethouders van Breda, C. Kortmann burgemeester. Van Woensel secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1957 | | pagina 610