GEMEENTE BREDA
Volgno. 35 der agenda
Bijlagen 1957
no. 431
6 november 1957
P/14258
Preadvies van Burgemeester en Wethouders ten
aanzien van het schrijven van Gedeputeerde
Staten van Noord-Brabant, inzake wijziging van
de kindertoelageverordening 1957.
AAN DE RAAD DER GEMEENTE BREDA.
Bij missive van 14/23 augustus 1957 G no. 75760 van Gedeputeerde Staten dezer
provincie werd ons toegezonden een afschrift van het Koninklijk Besluit van 10 juli
1957 no. 28 wasnbij Uw Raad wordt aangemaand zijn besluit van 17 april 1957 tot
wijziging van de Kindertoelageverordening 1955 ia te trekken en deze verordening als
nog te wijzigen overeenkomstig de ministeriële richtlijnen, vervat in de circulaire
van Gedeputeerde Staten van deze provincie van 13 februari 1957 G no. 68578
Wat de procedure betreft merken wij het volgende op.
Op grond van artikel 126 van de Ambtenarenwet 1929 kan de Kroon de gemeenteraad
aanmanen o.m. tot wijziging van een door hem vastgestelde regeling van de rechts
positie (incl. bezoldiging) van het gemeentepersoneel.
Indien de Raad binnen de bij de aanmaning gestelde termijn de wijziging niet tot
stand brengt, heeft de Kroon de bevoegdheid het College van Burgemeester en Wetnouders
uit te nodigen het noodzakelijke besluit vast te stellen.
Blijft ook dit College in gebreke, dan geschiedt de vaststelling door de Kroon.
In ons voorstel van 10 april 1957 P/5912 hebben wij uiteengezet, om welke re
denen wij van oordeel waren dat in afwijking van de ministeriële richtlijnen de kinder
toelageverordening 1955 met ingang van 1 januari 1957 behoorde te worden gewijzigd,
zoals is geschied.
Door deze wijziging werd geen essentiële verandering in de verordening aangebracht5
de verschillen met de regeling, geldende voor rijksambtenaren werden niet relatief ver-
groot; slechts werden minima en maxima van de gemeentelijke regeling met ongeveer 10
verhoogd, gelijk ook geschied was in de rijksregeling, op het voetspoor van. de wijzi-